EEN SCANHERVATTINGSMETHODE SELECTEREN
De zendontvanger stopt met scannen op een frequentie of geheugenkanaal waarop een
signaal is ontdekt. Het gaat vervolgens door, afhankelijk van de hervattingsmodus die
u hebt geselecteerd. U kunt kiezen uit de volgende modi. De standaardmodus is Time-
operated, of op basis van tijd.
•
Time-Operated
De zendontvanger blijft ongeveer 5 seconden op een gevonden frequentie of
geheugenkanaal en gaat vervolgens door met scannen, zelfs als het signaal nog
steeds aanwezig is.
•
Carrier-Operated
De zendontvanger blijft op een gevonden frequentie of geheugenkanaal totdat het
signaal wegvalt. Er is een interval van 2 seconden tussen het wegvallen van het
signaal en het hervatten van de scan.
•
Seek
De zendontvanger blijft op een gevonden frequentie of geheugenkanaal staan, zelfs
wanneer het signaal wegvalt, en hervat het scannen niet automatisch.
Opmerking: Om het scannen tijdelijk te stoppen en zwakke signalen te controleren, druk op de PF-toets op de
microfoon die is toegewezen aan de Monitorfunctie {pagina 66}. Druk nogmaals op de PF-toets om het scannen
te hervatten.
1 Voer de Menumodus in en open Menu 514 (SC.RESM) {pagina 20}.
2 Stel de Scan Resume (Scanhervattings-)-modus in op TO (Time-Operated), CO
(Carrier-Operated) of SEEK.
VFO-SCAN
De VFO-scan controleert alle frequenties waarop u kunt afstellen op de band met behulp
van de huidige frequentiestapgrootte.
1 Selecteer uw band.
2 Druk op [VFO] (1s).
•
Het scannen start op de huidige frequentie.
•
Het 1 MHz-decimaal knippert wanneer de scan wordt uitgevoerd.
•
Als u de scanrichting wilt omkeren, draai de Afstelknop naar rechts (omhoog scannen) of naar
links (omlaag scannen). U kunt ook op de microfoontoetsen [UP]/ [DWN] drukken.
3 Verlaat de VFO-scan door nogmaals op [VFO] te drukken.
N-43