valberg 943029 VAL TGV 5 NET Gebrauchsanleitung Seite 32

C
Gebruik van het toestel
certificaat te hebben en gebruikt te worden
in combinatie met een afdichtingsstrip
conform NF (niet meegeleverd bij het
toestel). De flexibele buis dient eveneens
NF-gecertificeerd te zijn en dient met een
beugel bevestigd te worden op het mondstuk
van het opzetstuk om een perfecte afdichting
te verzekeren.
(De aansluiting op aardgas dient verplicht
uitgevoerd te worden met een flexibele
leiding met mechanisch opzetstuk (TFEM)).
Nadat de aansluiting gebeurd is, dient de
dichtheid gecontroleerd te worden (gebruik
nooit een vlam). Hiervoor brengt u een
schuimende vloeistof aan op de leiding,
er mag geen enkel belletje verschijnen.
Wanneer er bellen zijn, dient het vastzetten
van het opzetstuk gecontroleerd te worden,
net als de toestand van de afdichtingsstrip.
De lengte van de toevoerbuis mag niet korter
zijn dan 50 cm en mag niet langer zijn dan
200 cm. Let er op dat de voedingsbuis geen
warme delen van het toestel en andere
obstakels raakt die het toestel zouden
kunnen beschadigen. Let er ook op of de
voedingsbuis zodanig geplaatst is dat deze
niet geraakt, geklemd of weggetrokken kan
worden door een afneembaar element (vb.
een lade) of door voorwerpen die in de buurt
geplaatst zijn.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Deze kookplaat dient aangesloten te worden
door een gekwalificeerd technicus en dit
volgens de geldende normen.
Het voedingssnoer van uw kookplaat dient
voorzien te zijn van een stekker en dient
aangesloten te worden op een volgens de
geldende normen geaard stopcontact.
Controleer of het voltage van uw bron
hetzelfde is als wat aangegeven wordt op het
typeplaatje van uw kookplaat.
Het voedingssnoer mag niet in contact
32 NL
komen met de warme delen en mag niet
in een ruimte geplaatst worden waar de
temperatuur hoger kan worden dan 75°C.
H e t t o e st e l m o e t m a k k e l i j k u i t h e t
stopcontact gehaald kunnen worden door
ervoor te zorgen dat het stopcontact
toegankelijk blijft of door een schakelaar in
de vaste leidingen te voorzien conform met
de geldende installatieregels.
PLAATSING VAN DE BRANDERS
Injector
VERVANGEN VAN DE INJECTOREN
De kookplaten met gasbranders kunnen aan
verschillende soorten gas aangepast worden
door de injectoren te vervangen.
Deze interventie dient uitgevoerd te worden
door een erkend technicus. Indien de
vervanging niet correct uitgevoerd werd,
vervalt de garantie.
Gebruik de injectoren die bij de kookplaat
g e l e v e r d w e r d e n . Tr e k d e s t e k k e r
uit het stopcontact. Schroef de injector
los en vervang hem door de nieuwe (zie
concordantietabel hierna). Ga op dezelfde
manier te werk voor de andere branders.
Concordantietabel
G30/G31 28-
30/37 mbar
Snelle
brander
Semi-snelle
brander
Hulpbrander
Ultra-snelle
brander
Hoed van de
brander
Brander
Afbeelding 5
G20/25
20/25 mbar
0,85 1,15
0,65 0,92
0,50 0,72
0,98 1,35