Energie besparen
S Apparaat in een koele, droge, goed te
ventileren ruimte plaatsen! Niet direct
in de zon of in de buurt van een
warmtebron ( bijv. verwarmingsradiator,
fornuis). Gebruik eventueel een
isolatieplaat.
S Warme levensmiddelen eerst laten
afkoelen, daarna in het apparaat zetten.
S De diepvrieswaren om te ontdooien in
de koelkast leggen. U benut hiermee de
koude van de diepvrieswaren voor het
koelen van de levensmiddelen in de
koelkast.
S Deksel van het apparaat zo kort
mogelijk openen.
S Een laag rijp of ijs in de diepvriesruimte
vermindert de afgifte van koude aan de
diepvrieswaren en verhoogt het
energieverbruik. Het apparaat bij
vorming van rijp of ijs laten ontdooien!
S De achterkant van het apparaat af en
toe met met een stofzuiger of borstel
reinigen om toename van het
energieverbruik te voorkomen.
S Als alleen een gemiddelde hoeveelheid
levensmiddelen (ca. 40 %-60 % van
de maximale invriescapaciteit) wordt
ingevroren, dan kunnen na 6 uur
supervriezen de levensmiddelen worden
ingeladen en het supervriessysteem
worden uitgeschakeld.
S Als het apparaat maar gedeeltelijk
met levensmiddelen is beladen
(bij apparaten met scheidingswand niet
hoger dan tot de markering e" op de
scheidingswand), de spaarstand eco"
gebruiken.
Bedrijfsgeluiden
Heel normale geluiden
Gebrom - de koelmachine loopt.
Geborrel, gebruis of geklok - het
koelmiddel stroomt door de leidingen.
Geklik - de motor wordt in of
uitgeschakeld.
Voorkomen van geluiden
Het apparaat staat niet waterpas
Het apparaat met behulp van een
waterpas stellen. Eventuele oneffenheden
in de vloer opheffen door er iets onder
te leggen.
Het apparaat staat tegen een ander
meubel of apparaat
Het apparaat van het meubel of apparaat
ernaast wegschuiven.
De manden of de scheidingswand
wiebelen of klemmen
Controleer de delen die eruit gehaald
kunnen worden en zet ze eventueel
opnieuw in het apparaat.
Flessen of serviesgoed raken elkaar
De flessen of het serviesgoed los van
elkaar zetten.
nl
63