VOORZICHTIG!
Let op de volgende aanwijzingen bij de omgang met
frituurvet om gevaren voor de gezondheid te vermij-
den:
•
Let op de uiterlijke houdbaarheidsdatum op de verpakking. Gebruik het frituur-
vet niet langer dan 6 maanden. Filter het frituurvet na elk gebruik of vervang het
vaker bij veelvuldig gebruik. Voorbeelden:
− Bereiding van frites: Vervanging na 3-5 keer frituren
− Bereiding van vlees/vis of kwarkballetjes: Vervanging na elk gebruik aan-
bevolen
•
Gebruik geen bedorven frituurvet. Meng het niet met vers frituurvet.
•
Gebruik geen verschillende vetsoorten door elkaar.
OPMERKING
Bedorven frituurvet herkent u aan de volgende kenmerken:
−
Bruine kleur
−
Rookontwikkeling bij verhitting op 180°C
−
Toenemende taaiheid van het vet bij verhitting
−
Onaangename geur/smaak van het vet en de levensmiddelen
7. Levensmiddelen voorbereiden
Droog vochtige levensmiddelen zorgvuldig af.
Snijd de levensmiddelen in kleine stukken om de bereidingstijd te verkorten en
niet te veel vet te laten opnemen in de levensmiddelen.
Bij het frituren van aardappelen let u erop dat u deze niet te klein snijdt om de
vorming van acrylamide zoveel mogelijk te beperken.
Bij het frituren van gepaneerde levensmiddelen let u erop dat het paneelmiddel
vast aan de levensmiddelen hecht, zodat het frituurvet niet te sterk wordt ver-
vuild.
Schud diepgevroren frituurproducten goed door elkaar zodat stukken ijs losra-
ken voordat zij in het frituurmandje terechtkomen. Het vet kan anders ongecon-
troleerd rondspatten.
Voeg pas na het frituren peper, zout en andere kruiden toe aan de frituurproduc-
ten, niet boven de friteuse. Hiermee spaart u het frituurvet en het apparaat.
NL
FR
DE
15 van 74