Display
De accupack heeft een display dat continu informatie
over de ladingstoestand, de voortgang van het opladen
en de resterende looptijd weergeeft. Ook worden even-
tuele foutmeldingen weergegeven.
Afhankelijk van het gebruikte apparaat draait de weer-
gave bij het plaatsen van de accupack.
Weergave
Accu opbergen
Accu gebruiken
Accu opladen
Foutweergave
Opmerking
Om ervoor te zorgen dat de weergave van de ladings-
toestand correct werkt, moet de accupack bij het eerste
gebruik tot uitschakeling van het apparaat worden ont-
laden.
Inbedrijfstelling
Instructie
Nieuwe batterijpakken zijn enkel voorgeladen en moe-
ten voor het eerste gebruik volledig opgeladen worden.
Het display wordt bij het eerste laadproces geactiveerd.
Accupack opladen
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel, beschadigingsgevaar door explode-
rende accu! Accupacks alleen met het daarvoor be-
stemde oplaadapparaat opladen.
Afbeelding
Accupack in de accu-adapter van het oplaadappa-
raat schuiven.
Stekkervoeding in het stopcontact steken.
–
Het laadproces begint automatisch.
Betekenis
Oplaadstatus van de accupack
wanneer deze niet wordt ge-
bruikt.
Resterende looptijd van de ac-
cupack wanneer deze wordt
gebruikt.
Resterende laadtijd van de ac-
cupack bij het opladen.
Accupack volledig opgeladen.
Accupacktemperatuur buiten
de toegestane waarden of van-
wege kortsluiting geblokkeerd
(zie Hulp bij storingen).
Accupack defect en voor de
veiligheid geblokkeerd. Accu-
pack niet meer gebruiken en
volgens de voorschriften af-
voeren.
–
Tijdens het laadproces geeft de display van het ac-
cupack de resterende laadtijd in minuten weer.
–
Het laadproces is voltooid wanneer de display van
het accupack 100% weergeeft.
Opmerking
Als het display niets weergeeft wanneer de accupack
zich in het oplaadapparaat bevindt, is de accucapaciteit
uitgeput of zeer laag. Zodra de accupack voldoende is
opgeladen, geeft het display de resterende laadtijd
weer.
Als ook na langere tijd niets wordt weergegeven, is
de accupack defect en moet deze worden vervan-
gen.
Na het laden de accu-adapter van het accupack
trekken.
Stekkervoeding uit het stopcontact trekken.
Opmerking
Nieuwe accupacks bereiken hun volledige capaciteit na
ca. 5 laad- en ontlaadcycli.
Accupacks die langere tijd niet zijn gebruikt, moeten
voor gebruik worden opgeladen.
Bij temperaturen onder 0 °C daalt het vermogen van
een accupack.
Lange opslag bij temperaturen boven 20 °C kan de ca-
paciteit van een accupack verlagen.
Display geeft een temperatuursymbool weer
Als het accupack zich buiten de toegelaten tempera-
tuurwaarden (5 tot 50 °C) bevindt, wordt tijdens de ver-
binding met het oplaadapparaat op het display het tem-
peratuursymbool weergegeven.
De accu kan niet worden opgeladen.
Wacht tot de temperatuur van het accupack binnen de
normale waarden ligt.
Zodra de temperatuur van het accupack opnieuw bin-
nen de toegelaten waarden ligt, start het laadproces au-
tomatisch.
Accupack plaatsen
VOORZICHTIG
Verwondings- en beschadigingsgevaar! Let erop dat
het batterijpak correct vastklikt.
Afbeelding
Schuif het batterijpak op de opname van het appa-
raat.
Straalbuis plaatsen
Afbeelding
Geschikte straalbuis plaatsen en vergrendelen
door 90° te draaien.
Aansluitwaarden zie typeplaatje/Technische gegevens.
Voorschriften van de watermaatschappij in acht nemen.
Afbeelding
De meegeleverde koppeling aan het wateraansluit-
punt van het apparaat schroeven.
Een 1/2 inch waterslang (niet in de leveringsom-
– 7
NL
Watertoevoer
39