Controle voor het starten
•
Inspecteer de werkomgeving. Verwijder voorwerpen
die weggeslingerd kunnen worden.
•
Controleer de snijuitrusting. Gebruik nooit botte,
gebarsten of beschadigde uitrusting.
•
Controleer of de machine volledig bedrijfsklaar is.
Controleer of alle moeren en bouten goed
vastgedraaid zijn.
•
Zorg ervoor dat de ketting goed gesmeerd is.
•
Controleer of de snijuitrusting altijd stopt, wanneer de
motor stationair loopt.
•
Gebruik de machine alleen voor het beoogde doel.
•
Controleer of de handvat- en veiligheidsfuncties in
orde zijn. Gebruik nooit een machine waarbij een
onderdeel ontbreekt of die, buiten de specificatie om,
gewijzigd is.
Olie bijvullen
•
Open het deksel aan de bovenkant van het
zaagbladhoofd
•
Vul bij met Husqvarna zaagkettingolie.
•
Doe het deksel weer dicht.
STARTEN EN STOPPEN
Starten en stoppen
WAARSCHUWING! Start de machine
!
nooit voor het complete koppelingdeksel
met steel gemonteerd zijn, anders kan de
koppeling losraken en persoonlijke
verwondingen veroorzaken.
Haal de machine altijd weg van de
tankplaats en -bron voordat u hem start.
Plaats de machine op een vaste
ondergrond. Let erop dat de
snijuitrusting geen voorwerp kan raken.
Zorg ervoor dat zich geen onbevoegden
binnen het werkgebied bevinden, anders
bestaat er risico voor ernstige
verwondingen. De veiligheidsafstand
bedraagt 15 meter.
Starten
Brandstofpomp: Druk een aantal malen op de rubberen
balg van de brandstofpomp totdat er brandstof in de balg
komt. De balg hoeft niet helemaal gevuld te worden.
Choke: Zet de choke-hendel in de choke-positie.
WAARSCHUWING! Wanneer de motor
!
wordt gestart met de chokehendel in de
chokestand begint de snijuitrusting
direct te draaien.
–
Dutch
77