Open het batterijvak aan de achterkant van het toestel door het klepje omlaag
te schuiven.
Leg de vier batterijen in het vak en let daarbij op de polariteit (de minpool ligt
tegen de veer aan).
Schuif het klepje weer op het batterijvak.
Wanneer de batterijen te zwak worden, wordt dit in het display door het knipperen-
de symbool
6.3.1. Omgang met batterijen
•
Verwijder de batterijen als u het toestel langere tijd niet gebruikt.
•
Vervang altijd alle batterijen tegelijk; gebruik geen oude en nieuwe batterijen
door elkaar.
6.4. In-ear hoofdtelefoon aansluiten
Aan de linkerkant van het toestel bevindt zich de aansluiting voor de in-ear hoofd-
telefoon
.
Sluit hierop de meegeleverde in-ear hoofdtelefoon of een andere hoofdtelefoon
met 3,5 mm klinkstekker aan.
De luidsprekers worden dan automatisch uitgeschakeld.
WAARSCHUWING!
Overmatige geluidsdruk bij het gebruik van in-ear of ge-
wone hoofdtelefoons kan leiden tot schade aan het ge-
hoor en/of verlies van het gehoorvermogen. Stel het ge-
luidsvolume vóór de weergave in op de laagste stand.
Start het afspelen en verhoog het volume tot op het ni-
veau dat u aangenaam vindt.
Wanneer het toestel langere tijd op een hoog geluidsvolu-
me via een hoofdtelefoon wordt gebruikt, kan dit tot ge-
hoorschade bij de luisteraar leiden.
7. Algemene functies
7.1. Toetsblokkering
Houd voor het inschakelen van de toetsblokkering de toets
3 seconden ingedrukt. U voorkomt op die manier dat door onbedoelde aanra-
king van toetsen de instellingen gewijzigd worden. In het display verschijnt de
melding KEYLOCK.
De enige toets waarop het toestel nog reageert, is de toets SNOOZE. Druk op
de toets BAND om het alarm te onderbreken.
Houd de toets
14 van 74
aangegeven.
opnieuw ca. 3 seconden ingedrukt om de toetsblokkering
gedurende ca.