Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Tips Voor Het Bakken; Braden En Grillen - CONSTRUCTA CC4W91860 Gebrauchsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Tips voor het bakken

U wilt bakken volgens uw eigen recept.
U wilt een vorm van silicone, glas, kunststof of
keramiek gebruiken.
Zo stelt u vast of de cake goed doorbakken is.
Het gebak zakt in.
Het gebak is in het midden hoog gerezen en lager
bij de randen.
Het gebak wordt te donker.
Het gebak is te droog.
Het brood of het gebak (bijv. kwarktaart) ziet er
goed uit, maar is van binnen klef (zacht, doortrok-
ken met waterstrepen).
Het gebak laat niet los wanneer u het uit de vorm
wilt storten.
U heeft met uw eigen thermometer de oventem-
peratuur gemeten en daarbij een afwijking vast-
gesteld.
Tussen vorm en rooster ontstaan vonken.

Braden en grillen

Bij de tabellen
Temperatuur en braadtijd zijn afhankelijk van de
kwantiteit en de kwaliteit van de gerechten. In de
tabellen zijn bereiken aangegeven. Begin met de
laagste waarde en stel zo nodig de volgende keer
hoger in.
Bijkomende informatie vindt u onder
na de tabellen.
en grillen"
Vormen
U kunt elke vorm gebruiken die hittebestendig en
geschikt voor de magnetron is. Braad- en bakvormen
van metaal zijn alleen geschikt voor gebruik zonder de
magnetronfunctie.
De vorm kan heel heet worden. Gebruik pannenlappen
wanneer u hem uit de oven haalt.
Zet hete vormen van glas op een droge keukendoek.
Wanneer u deze op een natte of koude ondergrond zet,
kan het glas knappen.
Aanwijzingen voor het braden
Aanwijzingen
Gebruik voor het bakken en braden van vlees en
gevogelte een hoge vorm.
Controleer of de vorm in de binnenruimte past. Deze
mag niet te groot zijn.
Raadpleeg de baktabellen voor gelijksoortig gebak.
De vorm moet tot 250 °C hittebestendig zijn. In deze vormen wordt het gebak minder bruin. Wan-
neer u de magnetron inschakelt, wordt de tijdsduur eventueel korter dan wat in de tabel staat aan-
gegeven.
Steek ongeveer 10 minuten voor het einde van de opgegeven baktijd een houten prikker in op de
plek waar het gebak het hoogst is. Wanneer er geen deeg meer aan de prikker zit, is het gebak
klaar.
Voeg de volgende keer minder vloeistof toe of stel de oventemperatuur 10 graden lager in en
houd een langere baktijd aan. Houd rekening met de omroertijden in het recept.
Vet nu de bodem van de springvorm in. Na het bakken maakt u het gebak voorzichtig los met een
mes.
Kies een lagere temperatuur en een wat langere baktijd.
Als het gebak klaar is, prikt u er met een prikker kleine gaatjes in. Vervolgens bedruppelt u het met
vruchtensap of alcohol. Stel de temperatuur de volgende keer 10 graden hoger in en houd kortere
baktijden aan.
Gebruik de volgende keer wat minder vloeistof en bak iets langer bij een wat lagere temperatuur.
Bij gebak met een vochtige bovenkant bakt u eerst de bodem voor, deze bestrooit u met amande-
len of paneermeel en vervolgens brengt u de bovenste laag erop aan. Let op recepten en baktij-
den.
Laat het gebak na het bakken nog 5 tot 10 minuten afkoelen, dan komt het gemakkelijker los uit
de vorm. Als het er nog steeds niet uit komt, maakt u de rand voorzichtig los met een mes. Stort
het gebak opnieuw en bedek de vorm meerdere keren met een natte, koude doek. Vet de vorm de
volgende keer goed in en strooi er ook paneermeel in.
De oventemperatuur wordt door de fabrikant met een testrooster na een bepaalde tijd in het mid-
delpunt van de binnenruimte gemeten. Alle vormen en toebehoren hebben invloed op de gemeten
waarde, zodat u altijd een verschil zult vaststellen wanneer u zelf meet.
Controleer of de vorm van buiten schoon is. Verander de positie van de vorm in de binnenruimte.
Als dat niet helpt, bakt u zonder magnetron verder. De bakduur wordt dan langer.
"Tips voor het braden
Voor u in onze kookstudio uitgetest.
Vlees:
Zorg ervoor dat de bodem van de vorm net met
vloeistof bedekt is. Voeg aan stoofvlees wat meer
vloeistof toe. Keer stukken vlees na de helft van de
bereidingstijd. Als het vlees klaar is, moet het nog
10 minuten in de uitgeschakelde, gesloten oven
blijven. Het vocht kan zich dan beter verdelen.
Gevogelte:
Keer de stukken vlees na Z van de bereidingstijd.
Aanwijzingen voor het grillen
Aanwijzingen
Gril altijd met de ovendeur dicht, zonder
voorverwarmen.
Gebruik zoveel mogelijk stukken van gelijke dikte
voor het grillen. Steaks moeten minstens 2 tot 3 cm
dik zijn. Zo worden ze gelijkmatig bruin en blijven ze
lekker mals. Zout de steaks pas na het grillen.
Keer de grillstukken met een grilltang. Wanneer u
met een vork in het vlees prikt, verliest het sap en
wordt het droog.
Donker vlees, bijv. rundvlees, wordt sneller bruin dan
licht kalfs- of varkensvlees. Grillstukken van licht
vlees of vis zijn vaak alleen aan de oppervlakte
lichtbruin, maar van binnen gaar en sappig.
Het grillelement schakelt automatisch uit en weer in.
Dit is normaal. Hoe vaak dit gebeurt, is afhankelijk
van de ingestelde grillstand.
nl
131

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis