9. Problemen oplossen
9.1 Problemen oplossen
Probleem
De motor
loopt niet
Er is weinig of
geen zuigkracht
De melk
loopt over
Oplossing
Controleer of er netvoeding/batterijspanning beschikbaar is.
Controleer of het apparaat ingeschakeld is.
Controleer of de programmakaart correct in het kaartcompartiment
aan de achterkant van de borstkolf is ingebracht.
Zet de afkolfset in elkaar volgens de aanwijzingen in hoofdstuk 6.4.
Controleer of alle verbindingen van de afkolfset en de borstkolf goed
aangesloten zijn.
Kolf af zoals beschreven in hoofdstuk 7. Zorg ervoor dat het borst-
schild de borst rondom luchtdicht afsluit.
Het witte membraan van de vacuümklep moet vlak tegen de gele
vacuümklep liggen.
Controleer of de vacuümklep en het membraan schoon en onbescha-
digd zijn.
Zie hoofdstuk 6.4 ‚De afkolfset in elkaar zetten'.
l De uiteinden van de slang moeten correct zijn ingestoken in de
connector en de opening in de membraankap.
l Het beschermende membraan en de membraankap moeten correct in
elkaar zijn gezet, en de membraankap moet correct op het membraan
van de borstkolf zijn geplaatst om een luchtdichte afsluiting te vormen.
l Het beschermend membraan mag niet beschadigd zijn.
l Zorg ervoor dat de doorvoer door de slang tijdens het afkolven niet
door een knik of door draaiing wordt afgesloten.
l Alle onderdelen moeten volkomen droog zijn.
l Plaats de afkolfset in de fleshouder.
l Zet de kolf uit en trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
l Gebruik een vochtige (niet natte) doek om de borstkolf en het mem-
braan af te vegen.
l Als er zich melk, condens of zichtbare resten in de slang bevinden:
reinig de afkolfset zoals beschreven in hoofdstuk 5.2.
l Zet de afkolfset en accessoires weer in elkaar als de onderdelen
volledig droog zijn.
189