INHOUD
1
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN .............................................................
2
3
BESCRIJVING .............................................................................................
4
5
MONTAGE ...................................................................................................
6
INGEBRUIKNEMING ...................................................................................
7
8
HULP BIJ STORINGEN ..............................................................................
1
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Bij het gebruik van gazonmaaiers gelden ter
bescherming tegen verwondingsgevaar de vol-
gende belangrijke veiligheidsvoorschriften:
- Lees de gebruiksaanwijzing en handel
volgens de voorschriften.
- Bewaar de gebruiksaanwijzing voor later
gebruik en voor een eventuele volgende
bezitter van de machine.
- Neem de veiligheidsvoorschriften en de
waarschuwingen op de machine in acht.
Bediener
- Kinderen en personen jonger dan 16 jaar die
niet met de gebruiksaanwijzing vertrouwd
zijn, mogen de machine niet gebruiken. De
minimumleeftijd kan worden voorgeschreven
door plaatselijke bepalingen.
- Draag een lange, nauw sluitende broek en
stevige, stroeve schoenen.
Werkomgeving
- Controleer het te maaien gedeelte volledig
en zorgvuldig. Verwijder stenen, stokken,
metaaldraad, botten en dergelijke.
- Maai niet wanneer zich personen (let vooral
op kinderen) of dieren (let vooral op kleine
dieren) in de omgeving bevinden.
Gebruikstijden
- Neem de geldende gebruikstijden voor
gazonmaaiers in acht (let op de bescherming
tegen geluid). Zie de gebruiksaanwijzing voor
gebruikstijden.
- Maai alleen bij daglicht of bij goed
kunstlicht.
Gebruik
- Voer voor het gebruik altijd een optische
controle uit.
- Voor elk gebruik een visuele controle
uitvoeren om te zorgen dat de messen, hun
steunen en de fixatieschroeven niet versleten
of beschadigd zijn. Bij vervanging alle messen
en fixatieschroeven vervangen om de correcte
balans van het apparaat te behouden.
Vertaling van oorspronkelijke instructie
- Gebruik de grasmaaier nooit bij defecte of
beschadigde beveiligingsapparatuur, en ook
nooit bij gebrek aan veiligheidsapparatuur,
zoals afschermingen of de opvangzak
- De motor uitzetten en de bougiekap
afsluiten:
- voor het verwijderen van eventuele
opstoppingen of het vrijmaken van de uitlaat
- wanneer de maaier op een voorwerp stuit
- als de maaier op afwijkende wijze begint te trillen
- Houd alle moeren, bouten en schroeven
goed aangedraaid om te garanderen dat het
apparaat in staat is in veiligheid te werken
- Controleer regelmatig of de opvangzak geen
slijtage of beschadiging vertoont
Altijd voor werkzaamheden aan de machine:
- Schakel de motor uit, wacht tot het mes tot stilstand
is gekomen en trek de bougiestekker los.
- Vervang beschadigde of versleten delen
onmiddellijk.
- Gebruik de machine alleen in de technische
toestand die door de fabrikant wordt
voorgeschreven.
- De gebruiker van de machine is verantwoordelijk
voor ongevallen waarbij andere personen of het
eigendom van andere personen betrokken zijn.
- Zet de motor uit wanneer u over andere
oppervlakken dan een te maaien oppervlak rijdt.
- Start de motor niet wanneer u voor het uitwerpkanaal
staat (maaier met zijwaartse uitworp).
- Gebruik de gazonmaaier alleen op een gazon.
- S t e l
d e
v e i l i g h e i d s -
b e s c h e r m i n g s v o o r z i e n i n g e n v a n d e
gazonmaaier niet buiten werking.
- Voor het starten van de gazonmaaier moet
het maaimes volledig vrij kunnen bewegen.
Koppel eventuele aandrijvingen los.
- Wanneer u de gazonmaaier voor het starten
optilt, moet het maaimes van u af wijzen.
Nederlands
e n
nl-1