Euromate Bayville 402494 Originalbetriebsanleitung Seite 102

NL
► P. 8, punt 17
LET OP! Gevaar voor schade aan het
apparaat! Als de voorklep tegen de dop
stoot, is de maximale eindpositie bereikt.
► P. 8, punt 18
Via de onderste instelschroef wordt de eindafschake-
ling bij het uitschuiven van het zonnescherm inge-
steld. Door de schroef in richting (+) te draaien, wordt
de looptijd langer, in richting (−) wordt de looptijd kor-
ter.
Voorbeeld:
De motor stopt terwijl het zonnescherm nog niet
geheel is uitgeschoven, instelschroef in richting (+)
draaien. De juiste instelling wordt bepaald door het
zonnescherm enkele malen uit- en in te schuiven.
LET OP! Gevaar voor schade aan het
apparaat! Het doek moet gespannen zijn en
mag niet doorbuigen.
Knikarmen instellen
VOORZICHTIG! Eventueel letselgevaar!
Het instellen van de knikarmen moet door
twee personen worden uitgevoerd.
LET OP! Gevaar voor schade aan het
apparaat! Zorg ervoor dat het zonnescherm
horizontaal uitschuift. Als dit niet het geval is,
stelt u de hellingshoek van de knikarmen bij.
Let er bij het losdraaien van de instelschroe-
ven op dat de knikarmen ontlast zijn. Door
ongelijkmatig uit- en inschuiven kan het zon-
nescherm kromtrekken. De knikarmen moe-
ten eveneens worden bijgesteld als het zon-
nescherm knakt of kraakt als het wordt af- of
opgerold.
► P. 8, punt 20
– Schuif het zonnescherm 5 cm uit.
– Draai de 2 schroeven op de houder van de arm
los, maar verwijder ze niet helemaal.
– Eén persoon steunt de knikarm om de arm hori-
zontaal te houden.
– De andere persoon draait de losgemaakte
schroeven weer vast (afwisselend de bovenste
en de onderste schroef).
Windsensor programmeren
Aanwijzing: Windsensor en motor worden
in de fabriek geprogrammeerd.
► P. 8, punt 19
Om de programmering te controleren, gaat u als volgt
te werk:
– Zonnescherm met de afstandsbediening volledig
uitschuiven.
– Op de windsensortoets (A) drukken.
Mocht het zonnescherm niet worden ingetrokken,
dan doet u het volgende:
– Bij volledig uitgeschoven zonnescherm, tegelij-
kertijd op toets (13) en toets (14) drukken.
– Op de windsensortoets (B) drukken.
– Op de windsensortoets (A) drukken.
102
Windsensor instellen
De gevoeligheid van de windsensor kan worden inge-
steld. De instelling moet gebeuren afhankelijk van de
aanbevolen windweerstandsklasse van het zonne-
scherm.
– Draai het instelwieltje (C) in de juiste positie.
Reiniging en verzorging
LET OP! Mogelijke schade aan het
schermdoek! Een rimpel in de zoom, naad
of baan kan ontstaan doordat het doek uit
meerdere lagen bestaat en verschillende
wikkelkrachten op de doekas inwerken.
Daardoor ontstaan spanningen in het doek
die patronen in de stof kunnen veroorzaken.
Wikkelrimpels naast de naad, op het op- en
afgerolde doek, worden door dubbele stofla-
gen bij de naden veroorzaakt.
► Reiniging – p. 9
Bij korte afwezigheid en opkomende wind moet het
scherm worden ingetrokken.
Laat een nat geworden zonnescherm zo snel
mogelijk in uitgeschoven toestand opdrogen. Als het
doek gedurende lange tijd nat opgerold blijft, kunnen
er lelijke vlekken ontstaan.
Om het zonnescherm te reinigen, kunt u het droog
afborstelen. Verwijder hardnekkig vuil met warm
zeepsop en een borstel. Vóór het intrekken altijd
laten drogen.
Opslag, afvalverwijdering
Opslag
LET OP! Mogelijke schade aan het
schermdoek! Stel het scherm niet onnodig
bloot aan nat weer!
Plaats het zonnescherm bij langdurige opslag in een
droge omgeving.
Afvalverwijdering
Het apparaat afvoeren
Het symbool van de doorgestreepte vuilnis-
bak betekent: batterijen en accu's, elektri-
sche en elektronische apparatuur mogen
niet als huishoudelijk afval worden afge-
voerd. Ze kunnen stoffen bevatten die scha-
delijk zijn voor het milieu en de gezondheid.
Consumenten zijn verplicht om oude elektrische
apparaten, afgedankte batterijen en accu's geschei-
den van huishoudelijk afval op een officieel inzamel-
punt af te geven om een goede verdere verwerking te
waarborgen. Overeenkomstig de wettelijke voor-
schriften kan de inlevering gratis gebeuren, bijv. via
een gemeentelijk afvalverwerkingsbedrijf of via een
handelaar.
Batterijen, oplaadbare batterijen en lampen
die niet vast in afgedankte elektrische appa-
ratuur zijn ingebouwd en die kunnen worden
verwijderd zonder beschadigingen, moeten
vóór afvalverwijdering worden verwijderd en afzon-
derlijk worden afgevoerd. Lithiumbatterijen en accu-
packs van alle systemen mogen uitsluitend in ontla-
den toestand aan de inzamelpunten worden overge-
dragen. De batterijen moeten altijd worden beveiligd
tegen kortsluiting door de polen af te plakken.