NL
telefoon wachtwoord actief is, zal het toestel nadat het ingeschakeld is om
het wachtwoord en de PIN-code vragen en vervolgens wordt de
standby-modus geactiveerd.
Nadat het toestel ingeschakeld is, zal hij automatisch een netwerk zoeken.
Zodra het toestel het toegestane netwerk vindt, geeft het de naam ervan en
de signaalsterkte aan.
Indien het toestel geen geschikt netwerk kan vinden, is alleen een
noodoproep mogelijk of zijn alleen de niet netwerk gebondene diensten op
het toestel bereikbaar.
6. Bel functies
6.1 Bellen
In standby-modus druk op de juiste cijfertoetsen om een telefoonnummer in
te geven. Met de rechte softwaretoetskunt u de foute cijfers wissen en met
de linkse softwaretoets of met de beltoets kunt u een oproep starten indien
het telefoonnummer juist is.
Om een internationaal telefoonnummer in te toetsen druk lang op de [*]
toets totdat het "+" teken voor internationale voorkiesnummers op het
beeldscherm verschijnt.
6.2 Oproepen aannemen
Bij inkomende oproepen zal het toestel op de ingestelde manier een alarm
afgeven indien uw provider het weergeven van telefoonnummers van
inkomende oproepen ondersteunt. In dit geval verschijnt op het
beeldscherm het telefoonnummer of de naam van de beller (afhankelijk
ervan of u deze contact in uw contactenlijst eerder hebt opgeslagen).
1. Druk op de beltoets of de linkse softwaretoets en neem [Aannemen] de
inkomende oproep aan.
2. Wanneer de functie om met elke toets een oproep aan te nemen actief is
[Menu / Callcenter / Oproepinstellingen / Aannemen / Elke toets], kunt u
met elke toets de oproep aannemen behalve met de rechtse Softwaretoets
en de Einde/aan/uittoets.
3. Wanneer een koptelefoon aan het toestel aangesloten is en de [Auto]
functie is geactiveerd [Menu / Callcenter / Oproepinstellingen / Aannemen /
automatisch oproep aannemen in headset-modus] zal uw telefoon de
inkomende oproepen na 5 seconden trillen of bellen automatisch
aannemen.
4. Indien u de oproep niet wilt aannemen druk op Einde/Aan/Uittoets om de
oproep af te wijzen.
U kunt de Einde/Aan/uittoets ook voor het verbreken van een oproep
gebruiken.
5. Tijdens het bellen kunt u met de naar boven/beneden navigatietoetsen
het volume harder of zachter zetten.
5