4 Bediening
4.7
Verhelpen van storingen
Als tijdens de werking van de gaswandketel problemen
optreden kunt u de volgende punten zelf controleren.
Storing
Oorzaak
Toestel treedt niet in
De door de installateur bij u geïnstalleerde gaskraan
werking:
in de toevoerleiding en/of de gaskraan op het toe-
geen warm water,
stel staat dicht.
CV blijft koud.
De koudwaterstopkraan is gesloten.
De stroomvoorziening bij u in het gebouw is onder-
broken.
De aan/uit-schakelaar op de gaswandketel staat
op "0" = Uit.
Is de draaiknop voor de aanvoertemperatuurinstel-
ling op de gaswandketel tot aan de linker aanslag
gedraaid, dus op vorstbeveiliging gezet (zie hoofd-
stuk 4.9)?
De waterdruk van de CV-installatie is niet voldoende
(zie hoofdstuk 4.7.1).
Er zit lucht in de CV-installatie.
Er doet zich een storing voor bij de ontsteking.
Warmwaterfunctie
Zijn de externe thermostaten (bijv. thermostaat
storingsvrij; CV gaat
calorMATIC) correct ingesteld.
niet in bedrijf.
Tabel 4.3 Verhelpen van storingen
a
Attentie!
Gevaar voor beschadiging door ondeskundige
veranderingen!
Wanneer uw gaswandketel na het verhelpen van
de storing nog altijd niet storingsvrij functio-
neert, moet u een erkend installateur om raad
vragen ter controle en om de storing op te los-
sen.
4.7.1
Storingen wegens watergebrek
Het toestel schakelt op storing, als de waterdruk in de
CV-installatie te laag is. Deze storing wordt aangegeven
door de storingscodes "F.22" (droogkoken) resp. "F.23"
of "F.24".
Het toestel kan pas weer in bedrijf worden genomen,
als de CV-installatie voldoende met water is gevuld
(zie hoofdstuk 4.7.4).
16
Oplossing
Draai de beide gaskranen open (zie hoofdstuk 4.2.1).
Open de koudwaterstopkraan (zie hoofdstuk 4.2.1).
Controleer of de betreffende zekeringautomaat ingescha-
keld is resp. of de zekering in orde is en of de stekker cor-
rect in de wandcontactdoos zit Het toestel schakelt bij het
terugkeren van de netspanning automatisch opnieuw in.
Draai de aan/uit-schakelaar (4, afb. 4.1) op "I" = Aan
(zie hoofdstuk 4.3).
Wanneer u een externe thermostaat hebt aangesloten:
draai de draaiknop voor de instelling van de CV-aanvoer-
temperatuur tot aan de rechter aanslag.
Wanneer u geen externe thermostaat hebt aangesloten:
zie hoofdstuk 4.5.1.
Vul water bij in de CV-installatie (zie hoofdstuk 4.7.4).
Laat uw installateur de CV-installatie ontluchten.
Druk maximaal drie keer op de resetknop om de storing op
te heffen. Mocht het toestel dan nog niet opstarten, moet u
een erkend installateur raad vragen ter controle en om de
storing op te lossen (zie hoofdstuk 4.7.2).
Stel de thermostaat correct in (zie hoofdstuk 4.5.4).
Gebruiksaanwijzing atmoTEC pro/atmoTEC plus en turboTEC pro/turboTEC plus 0020029202_01