reedschapshouder (2) in de uitsparingen van
het inzetgereedschap passen.
•
Maak het inzetgereedschap vast m.b.v. de
bijgaande schroef (b) en haal de schroef met
de inbussleutel (9) flink aan.
•
Denk erom dat het plaatje (a) alleen bij het
zaagblad en het schraapstaal als sluitring
voor de schroef (b) wordt gebruikt (zie fig. 3).
Daarbij komt de kant met de inkeping van de
sluitring op het inzetgereedschap te liggen.
Controleer of het inzetgereedschap goed
vast zit!
5.2 Driehoekige schuurplaat
Met de driehoekige schuurplaat kan de machine
als driehoekschuurmachine worden gebruikt.
5.2.1 Bevestigen van het schuurpapier
Probleemloos verwisselen d.m.v. klithechting. Let
wel dat de afzuiggaatjes in het schuurpapier en
die van de schuurplaat overeenstemmen.
5.3 Stofafzuiging monteren (fi g. 4/5)
De stofafzuiging voorkomt grote vervuiling, zware
stofoverlast in de ademlucht en vergemakkelijkt
het verwijderen van het stof.
•
Breng het gereedschap in een veilige positie
zoals beschreven in 5.1.
•
Plaats de stofzuiginrichting (6) op de ge-
reedschapshouder (2) zoals getoond in fig. 4.
•
Maak de stofzuiginrichting (6) in de luchtsple-
ten door vastklikken vast.
•
Sluit de afzuigadapter (3) aan op de stofzu-
iginrichting (6). Zorg ervoor dat de pijl (a) van
de afzuigadapter (3) overeenstemt met de
uitsparing (b) op de stofzuiginrichting (6) (zie
fig. 5). Draai de afzuigadapter (3) tegen de
richting van de wijzers van de klok in tot hij
vastklikt.
•
Sluit een afzuiginstallatie of een stofzuiger
aan op uw gereedschap. Daarmee bereikt u
een optimale afzuiging van stof en zaagsel
van het werkstuk.
De voordelen: U spaart zowel het gereedschap
als uw eigen gezondheid. Uw werkgebied blijft
bovendien netjes en veilig.
Anl_TE_MG_200_CE_SPK2.indb 36
Anl_TE_MG_200_CE_SPK2.indb 36
NL
6. Bediening
6.1 In-/uitschakelen
Om het gereedschap in te schakelen schuift u de
schakelaar (1) naar voren.
6.2 Werkaanwijzingen
•
Gereedschap inschakelen.
•
Van het lichaam weg werken.
•
Met de handen nooit voor het onmiddellijke
werkgebied komen.
•
Enkel intact en onbeschadigd inzetge-
reedschap gebruiken.
Inzetgereedschap
Zagen: zagen van hout en kunststof.
Werkaanwijzingen: Let bij het zagen op vreemde
lichamen in het materiaal en verwijder die indien
nodig.
Bij het dompelzagen mogen alleen zachte materi-
alen als hout of gipskartonplaten worden bewerkt.
Schuren: fi jnschuren langs randen, in hoeken of
moeilijk toegankelijke plaatsen. Naargelang het
schuurvel voor het schuren van hout, verf, lak enz.
Werkaanwijzingen: Het gereedschap is bijzonder
sterk bij het schuren van moeilijk toegankelijke
hoeken en kanten. Voor het schuren van profi elen
en afrondingen kan ook enkel met het punt of
met een rand van de schuurzool worden gewerkt.
Verschillende soorten schuurpapier zijn verkrijg-
baar naargelang het te bewerken materiaal en de
gewenste af te schuren dikte van het oppervlak.
Het schuurvermogen wordt hoofdzakelijk bepaald
door de keuze van het schuurpapier en door het
gedoseerd aandrukken van de schuurzool.
Schrapen: Afschrapen van oud lakwerk of lijm-
resten.
Werkaanwijzingen: Breng het inzetgereedschap
naar de af te schrapen plaats. Begin met een
vlakke aanzethoek en een geringe aandrukkracht.
Bij een te hoge aandrukkracht kan de ondergrond
(b.v. hout, pleister) worden beschadigd.
6.3 Toerenregelaar (fi g. 6)
Door draaien van de toerenregelaar (4) kunt u het
toerental vooraf kiezen.
PLUS-richting:
hoger toerental
MIN-richting:
lager toerental
- 36 -
09.07.2021 08:32:49
09.07.2021 08:32:49