Herunterladen Diese Seite drucken

Bosch GLF 55-6 Professional Originalbetriebsanleitung Seite 43

Werbung

Freesdiepte instellen
De freesdiepte mag alleen bij uitgeschakeld elektri-
u
sche gereedschap ingesteld worden.
– Plaats het elektrische gereedschap met het gemonteerde
freesgereedschap op het te bewerken werkstuk.
– Open de vleugelschroef (12) op de freeskorf (2) opnieuw
om de gewenste freesdiepte aan de hand van de verdeel-
schaal freesdiepte-instelling (15) ofwel met de hand of-
wel met de kartelschroef (6) in te stellen.
– Sluit de vleugelschroef (12) op de freeskorf (2).
– Controleer de uitgevoerde instelling van de freesdiepte
door een praktische proef en corrigeer deze eventueel.
Ingebruikname
In- en uitschakelen
Voor het inschakelen van het elektrische gereedschap zet u
de aan/uit-schakelaar (13) op I.
Voor het uitschakelen van het elektrische gereedschap zet u
de aan/uit-schakelaar (13) op 0.
Aanwijzingen voor werkzaamheden
Bescherm frezen tegen schokken en stoten.
u
Trek vóór werkzaamheden aan het elektrische gereed-
u
schap altijd de stekker uit het stopcontact.
Freesrichting en freesbewerking (zie afbeelding D)
De freesbewerking moet altijd tegen de omlooprich-
u
ting van de frees (7) gebeuren (tegenloop). Bij het fre-
zen met de omlooprichting (gelijkloop) kan het elektri-
sche gereedschap uit de hand gerukt worden.
Gebruik het elektrische gereedschap uitsluitend met
u
gemonteerde freeskorf (2). Het verlies van controle
over het elektrische gereedschap kan letsel veroorzaken.
Aanwijzing: Houd er rekening mee dat de frees (7) altijd
buiten de voetplaat (10) uitsteekt. Beschadig de sjabloon of
het werkstuk niet.
Stel de gewenste freesdiepte in.
Schakel het elektrische gereedschap in en leid het naar de
plek die moet worden bewerkt.
Schakel na het frezen het elektrische gereedschap uit.
Leg het elektrische gereedschap pas neer, nadat de
u
frees helemaal tot stilstand is gekomen. Uitlopende in-
zetgereedschappen kunnen verwondingen veroorzaken.
Frezen met kopieerhuls (zie afbeeldingen E1–E3)
Met behulp van de kopieerhuls (20) kunt u contouren van
modellen of sjablonen naar werkstukken overbrengen.
Kies afhankelijk van dikte van de sjabloon of het model de
geschikte kopieerhuls. Vanwege de uitstekende hoogte van
de kopieerhuls moet de sjabloon een minimale dikte van 8
mm hebben (zie afbeelding E1).
Kies een freesgereedschap met een diameter die klei-
u
ner is dan de diameter van de kopieerhuls.
Draai de vier cilinderkopschroeven aan de onderzijde van de
glijplaat (9) eruit en neem de glijplaat weg.
Bosch Power Tools
Bevestig de kopieerhuls (20) in de glijplaat (zie
afbeelding E2).
Schroef de glijplaat weer losjes op de voetplaat (10). De glij-
plaat moet nog vrij kunnen bewegen.
Om ervoor te zorgen dat de afstand van freesmidden en ko-
pieerhulsrand overal gelijk is, moeten de kopieerhuls en glij-
plaat, indien nodig, ten opzichte van elkaar worden gecen-
treerd.
– Lijn de glijplaat zodanig uit dat frees en kopieerhuls ten
opzichte van de opening in de glijplaat gecentreerd zijn
(zie afbeelding E3).
– Houd de glijplaat in deze stand en draai de bevestigings-
schroeven stevig vast.
Voor het frezen met de kopieerhuls (20) gaat u als volgt te
werk:
– Leg het elektrische gereedschap met de kopieerhuls (20)
tegen de sjabloon.
– Geleid het elektrische gereedschap met uitstekende kopi-
eerhuls en met zijwaartse druk langs de sjabloon.
Kanten- of vormfrezen (zie afbeelding F)
Bij het kanten- en vormfrezen zonder parallelgeleider moet
het freesgereedschap zijn voorzien van een geleidingspen of
kogellager.
Geleid het ingeschakelde elektrische gereedschap vanaf de
zijkant naar het werkstuk tot de geleidingspen of het kogella-
ger van het freesgereedschap tegen de te bewerken rand
van het werkstuk ligt.
Beweeg het elektrische gereedschap langs de rand van het
werkstuk. Let er daarbij op dat het gereedschap onder de
juiste hoek op het werkstuk ligt. Te sterke druk kan de rand
van het werkstuk beschadigen.
Frezen met parallelgeleider (zie afbeelding G)
Voor parallel met de kant frezen kunt u een
parallelgeleider (21) monteren.
Bevestig de parallelgeleider (21) op de freeskorf (2) met de
kartelmoer (4).
Stel met de vleugelschroef op de parallelgeleider (22) de ge-
wenste aanslagdiepte in.
Geleid het ingeschakelde elektrische gereedschap met ge-
lijkmatige voorwaartse beweging en zijwaartse druk op de
parallelgeleider langs de rand van het werkstuk.
Frezen met geleidingshulpmiddel (zie afbeelding H)
Het geleidingshulpmiddel (23) dient voor het frezen van
kanten met frezen zonder geleidingspen of kogellager.
Bevestig het geleidingshulpmiddel op de freeskorf (2) met
de moer (4).
Geleid het elektrische gereedschap met gelijkmatige voor-
waartse beweging langs de rand van het werkstuk.
Zijdelingse afstand: Om de hoeveelheid afgenomen materi-
aal te veranderen, kunt u de zijdelingse afstand tussen het
werkstuk en de glijrol (26) bij het geleidingshulpmiddel (23)
instellen.
Nederlands | 43
1 609 92A 8RH | (10.08.2023)

Werbung

loading