NL
■
Verbreek vóór een onweer of bij
stroomuitval de verbinding tussen
apparaat en lichtnet.
■
Wanneer het apparaat van het
stroomnet wordt geïsoleerd, trek dan
altijd aan de netstekker, en nooit aan
het netsnoer.
■
Trek of draag het apparaat niet aan
het aansluitsnoer.
■
Bescherm het apparaat tegen andere
warmtebronnen, vuur, lang aan
houdend vocht, direct zonlicht en
schokken.
■
Bewaar het apparaat op een droge
plaats bij temperaturen tussen 0 en
40 °C.
■
Plaats nooit zware voorwerpen op het
apparaat of het aansluitsnoer.
■
Gebruik om de werking van het appa
raat niet te belemmeren en om even
tuele schade te verhinderen alleen
origineel toebehoren van de fabrikant.
VÓÓR HET EERSTE
GEBRUIK
L
De eerste inbedrijfstelling van
het apparaat dient zonder
levensmiddelen plaats te vinden,
omdat eventuele coatingrestanten
een geur en rookontwikkeling
zouden kunnen veroorzaken.
Volg daartoe de aanwijzingen in
de hoofdstukken 'Opstellen en
aansluiten' en 'Gebruik'.
1. Veeg de behuizing van het apparaat af
met een schone, vochtige doek. Maak
de frituurmanden (5), de grillroosters
(7) en de vetopvangschalen (6) schoon
met afwasmiddel en warm water of in
de vaatwasser.
2. Laat het apparaat ca. 10 minuten
zonder inhoud op de hoogste tempe
ratuurstand warm worden.
3. Reinig het apparaat aansluitend nog
een keer.
42
05535_05539_Inlay_DE-EN-FR-NL_A5_V1.1.indb 42
05535_05539_Inlay_DE-EN-FR-NL_A5_V1.1.indb 42
FUNCTIES
Gaarzones
Het apparaat heeft twee aparte gaarzones
(4, 8). De gaarzones kunnen onafhankelijk
van elkaar worden gebruikt (functie
).
Alternatief kunnen de gaarzones gesyn
chroniseerd worden zodat alle tempera
tuur en gaartijdinstellingen voor beide
gaarzones hetzelfde zijn (functie
Bovendien is het mogelijk om slechts
één gaarzone (functie
kleinere hoeveelheden levensmiddelen
te gebruiken.
Programma's
Het apparaat beschikt over 11 standaard
programma's (21) voor het bereiden van
maaltijden en extra programma's voor ont
dooien (19), opwarmen (20) en voor het
warm houden (16) van levensmiddelen.
L
De bij de programma's standaard
ingestelde tijden en temperatu
ren dienen zo nodig aangepast
te worden om ervoor te zorgen
dat de levensmiddelen (met
name gevogelte) door en door
gaar zijn. Aanpassingen kunnen
ook nog tijdens het gaarproces
worden uitgevoerd.
Om een van de programma's (19, 20, 21)
te selecteren draai je aan het instelwiel
(14) tot het gewenste symbool knippert.
Het programma warm houden kan door
aanraken van de
knop (16) worden
geselecteerd (zie hoofdstuk 'Functies' –
'Warm houden').
Na selectie van een programma kan
binnen 5 seconden de temperatuur /
gaartijd worden aangepast (zie hoofdstuk
'Functies' – 'Temperatuur en gaartijd
aanpassen').
en
).
of
) voor
24.05.2022 08:47:11
24.05.2022 08:47:11