Opmerking: Na een stroomonderbreking blijven de ge-
wijzigde basisinstellingen behouden.
16 Reiniging en onderhoud
Reinig en onderhoud uw apparaat zorgvuldig om er
voor te zorgen dat het lang goed blijft werken.
16.1 Tips voor apparaatonderhoud
Neem de tips voor apparaatonderhoud in acht om de
werking van het apparaat lang in stand te houden.
Maatregel
Het apparaat altijd
schoon houden en vuil di-
rect verwijderen. Maak de
binnenruimte na elk ge-
bruik schoon.
Vlekken van kalk, vet, zet-
meel en eiwit onmiddellijk
verwijderen.
Bij erg vochtig gebak de
glazen braadslede gebrui-
ken.
Gebruik voor het braden
een geschikte vorm, bijv.
een braadslede.
Indien mogelijk hete lucht
gebruiken.
16.2 Reinigingsmiddelen
Gebruik alleen geschikte reinigingsmiddelen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische schok!
Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken.
Geen stoomreiniger of hogedrukreiniger gebruiken
▶
om het apparaat te reinigen.
LET OP!
Ongeschikte reinigingsmiddelen beschadigen de op-
pervlakken van het apparaat.
Gebruik geen scherpe of schurende reinigingsmid-
▶
delen.
Gebruik geen sterk alcoholhoudende reinigingsmid-
▶
delen.
Gebruik geen harde schuursponsjes of afwasspons-
▶
jes.
Geen speciale reinigingsmiddelen gebruiken voor
▶
de warmtereiniging.
Glasreinigers, schrapers of onderhoudsmiddelen
▶
voor roestvrij staal alleen gebruiken wanneer deze
in de gebruiksaanwijzing voor het betreffende on-
derdeel worden aanbevolen.
Nieuwe vaatdoekjes bevatten resten van de productie.
Nieuwe vaatdoekjes voor het gebruik grondig uit-
▶
wassen.
Voordeel
Dan zet het vuil zich niet
vast en brandt het niet in.
Corrosie voorkomen.
De binnenruimte wordt
dan niet zo vuil.
De binnenruimte wordt
dan niet zo vuil.
Verontreiniging is gerin-
ger
15.3 Het wijzigen van de basisinstellingen
afbreken
Draai de functiekeuzeknop.
▶
a Alle wijzigingen werden verworpen en niet opgesla-
gen.
In de verschillende reinigingshandleidingen kunt u le-
zen welke reinigingsmiddelen geschikt zijn voor de ver-
schillende oppervlakken en onderdelen.
16.3 Apparaat reinigen
Maak het apparaat schoon zoals voorgeschreven, zo-
dat de verschillende onderdelen en oppervlakken niet
door een verkeerde reiniging of ongeschikte reinigings-
middelen beschadigd raken.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Tijdens het gebruik worden het apparaat en haar on-
derdelen die men kan aanraken heet.
Wees voorzichtig om het aanraken van verwar-
▶
mingselementen te voorkomen.
Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt wor-
▶
den gehouden.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen in brand
vliegen.
Voor gebruik dient u de binnenruimte, de verwar-
▶
mingselementen en de accessoires vrij te maken
van grove verontreiniging.
WAARSCHUWING ‒ Kans op letsel!
Wanneer er krassen op het glas van de apparaatdeur
zitten, kan dit barsten.
Gebruik geen scherp of schurend reinigingsmiddel
▶
of scherpe metalen schraper voor het reinigen van
het glas van de apparaatdeur omdat dit het opper-
vlak kan beschadigen.
De aanwijzingen voor de reinigingsmiddelen in acht
1.
nemen. → Pagina 191
De aanwijzingen voor de reiniging van de onderde-
2.
len en oppervlakken van het apparaat in acht ne-
men.
Indien niet anders vermeld:
3.
De verschillende onderdelen van het apparaat
‒
reinigen met warm zeepsop en een schoon-
maakdoekje.
Droog na met een zachte doek.
‒
Reiniging en onderhoud nl
191