beschermingsmiddelen tegen vallen die voorzien zijn van een CE-merkteken. Als het HERKULES-systeem gebruikt wordt als een
verankeringsvoorziening in een valstopsysteem, dan mogen er alleen PBM-systemen aan worden verankerd die ontworpen zijn en
toegestaan voor gebruik in een valstopsysteem. Bovendien moet het valstopsysteem zijn uitgerust met een valdemper volgens
EN 355 dat de maximale dynamische krachten begrenst tot onder 6 kn.
Het HERKULES-systeem is in combinatie met een harnas volgens EN 361 geschikt voor gebruik met een:
•
meelopend valstopapparaat aan een flexibele vallijn volgens EN 353-2 als:
-
valbeveiligingssysteem,
-
werkplekpositioneringssysteem en
-
als valstopsysteem als men niet hoger gaat dan de verankeringsvoorziening.
•
Verbindingsmiddel volgens EN 354 en een maximale lengte van 2 m met geïntegreerd valdemper volgens 355 als:
-
valbeveiligingssysteem,
-
werkplekpositioneringssysteem volgens EN 358 en
-
als valstopsysteem.
Bij het uitzwaaien door een val mag de horizontale valbeveiliging niet beschadigd worden. Om veiligheidsredenen wordt aanbevolen
om valstopsystemen altijd als valbeveiligingssystemen te gebruiken omdat er bij een val grote restrisico's optreden!
PAS OP: Het HERKULES-systeem mag niet gebruikt worden met valblok!
5.2.1
Krachten die gegenereerd kunnen worden in een bouwstructuur
Bij de test van de dynamische belastbaarheid en integriteit door de testinstantie in navolging van EN 795 Typ B en
CEN/TS 16415 Typ C werd aan de eindverankeringspunten maximaal 6,0 kN gemeten.
5.2.2
Minimale vrije ruimte onder de valplek van het HERKULES-systeem
Het is voor de veiligheid van wezenlijk belang dat de positie van de verankeringsvoorziening en de manier waarop het werk wordt
uitgevoerd zo gekozen worden dat de vrije val en de valhoogte zo kort mogelijk wordt gehouden. In principe moet het HERKULES-
systeem boven het hoofd van de gebruiker gemonteerd worden om de valafstand zo klein mogelijk te houden. De valruimte kan
wezenlijk verminderd worden wanneer een in de lengte verstelbaar verbindingsmiddel zo kort mogelijk wordt afgesteld. Bij het
meten van de vrije ruimte bij een mogelijke valplek moet men erop letten dat de montagehoogte van het HERKULES-systeem
hierop wezenlijk van invloed is. De benodigde vrije ruimte onder de valplek van het HERKULES-systeem varieert afhankelijk van de
valfactor en de gebruikte veldbreedte van het HERKULES-systeem.
Systeemopbouw – constructie / toepassing:
5.2.3
Montage aan vaste individuele verankeringspunten
Bevestig het HERKULES-systeem door middel van karabiners volgens EN 362 aan een vaste verankeringsvoorziening Als het
HERKULES-systeem gebruikt wordt in combinatie met vaste verankeringspunten dan moeten deze voldoen aan de Europese norm
EN 795 en voor gebruik als eindpunt van een horizontaal kabelsysteem zijn aangebracht in overeenstemming met EN 795 type C
(speciale vereisten met betrekking tot de basisstabiliteit en sterkte).
1.
Kies ten minste 2 aparte verankeringspunten volgens EN 795. LET OP: Als de maximale veldbreedte van 12 m wordt oversch-
reden dan moeten er extra verankeringslussen worden gemonteerd als tussenbevestiging van de kabel.
2.
Haak de snapper van het HERKULES-systeem in de bevestigingsring van het verankeringspunt nr. 1
3.
De snapper sluit automatisch. LET OP: Functiecontrole uitvoeren.
4.
Haak de HMS-karabiner aan het valstopapparaat in de bevestigingsring van het verankeringspunt nr. 2.
5.
De HMS-karabiner moet met de hand door middel van een schroefverbinding worden gesloten. LET OP: Functiecontrole uitvo
eren.
6.
Span de kabel met behulp van het valstopapparaat met de hand. De kabel moet zo dicht mogelijk bij de rechte verbinding
tussen de 2 punten worden geplaatst.
7.
Het HERKULES-systeem kan gebruikt worden
Montage door middel van verankeringslussen volgens EN 795 typ B
Als het HERKULES-systeem met behulp van een verankeringslus volgens EN 795 type B aan een voldoende draagkrachtige onder-
grond (bv. balken stalen dragers, enz.) wordt bevestigd, dan moet deze voldoende draagkrachtig zijn om de vrijkomende krachten
op te kunnen vangen. Zie ook onder Aanwijzingen voor verankeringsvoorzieningen en onder punt 6.2.1.
1.
Ten minste 2 verankeringslussen in overeenstemming met de vereisten van de gebruiksaanwijzing om een voldoende
draagkrachtige ondergrond leggen. LET OP: wanneer de maximale veldbreedte van 12 m wordt overschreden, dan moeten er
extra verankeringslussen worden aangebracht als tussenbevestiging van de kabel.
2.
Haak de snapper van het HERKULES-systeem in de verankeringslus van het verankeringspunt nr. 1.
3.
De snapper sluit automatisch. LET OP: Sluiting controleren.
4.
Haak de HMS karabiner aan het valstopapparaat in de verankeringslus van het verankeringspunt nr. 2.
5.
5. De HMS karabiner moet met de hand door middel van een schroefverbinding worden gesloten. LET OP: Sluiting controleren.
6.
Span de kabel met behulp van het valstopapparaat met de hand. De kabel moet zo dicht mogelijk bij de rechte verbinding
tussen de 2 punten worden geplaatst.
7.
Het HERKULES-systeem kan gebruikt worden
Veldbreedte: De afstand tussen 2 bevestigingspunten
Minimale enkele veldbreedte = 4 m
18