– na het raken van een voorwerp. Controleer het tuingereed-
schap op schade en neem contact op met de Bosch-klan-
tenservice in het geval dat reparaties noodzakelijk moch-
ten zijn.
Onderhoud en opbergen
Draag altijd tuinhandschoenen wanneer u de scherpe
messen vastpakt of er aan werkt.
Verwijder voor werkzaamheden aan het tuingereed-
schap altijd de stroomkringonderbreker.
Trek altijd voor werkzaamheden aan het oplaadstation
of het voedingsapparaat de stekker uit het stopcon-
tact.
Maak de buitenkant van het tuingereedschap grondig schoon
met een zachte borstel en een doek. Gebruik geen water en
geen oplos- of polijstmiddelen. Verwijder alle aanhechtend
gras en vuil, in het bijzonder van de ventilatieopeningen.
Draai het tuingereedschap zodat de onderzijde naar boven
wijst en reinig de omgeving van de messen regelmatig. Ge-
bruik een stevige borstel of een krabber om vastzittend gras
te verwijderen. (zie afbeelding A)
De messen kunnen omgekeerd worden. (zie afbeelding B)
Controleer of alle moeren, bouten en schroeven vastzitten,
zodat een veilige toestand van het tuingereedschap ge-
waarborgd is.
Controleer het tuingereedschap regelmatig. Vervang ver-
sleten en beschadigde delen voor uw eigen veiligheid.
Let erop dat alleen originele Bosch-vervangingsdelen wor-
den gebruikt.
Vervang indien nodig messen en schroeven altijd per com-
plete set.
Opbergen
Verwijder voor het opbergen van het tuingereedschap
altijd de stroomkringonderbreker.
Bewaar het tuingereedschap en het oplaadstation tijdens de
winter op een veilige plaats, droog en buiten het bereik van
kinderen.
Plaats geen voorwerpen op het tuingereedschap of het op-
laadstation.
SD-kaart
Het tuingereedschap heeft een insteekopening voor een SD-
kaart, waarmee de Bosch-klantenservice softwarediagnoses
kan uitvoeren.
Gevaar door de accu
De accu mag alleen worden opgeladen met het door Bosch
toegelaten oplaadstation.
Voorkom contact met het tuingereedschap wanneer in een
uitzonderlijke situatie vloeistof uit de accu vrijkomt. Raad-
pleeg bij contact met deze vloeistof een arts.
Als de accu beschadigd wordt, kan er vloeistof vrijkomen
en kunnen naburige onderdelen aangetast worden. Con-
troleer de desbetreffende onderdelen en neem contact op
met de Bosch-klantenservice.
Bosch Power Tools
Open het tuingereedschap en de zich daarin bevinden-
de accu niet. Er bestaat gevaar voor een kortsluiting en
een elektrische schok.
Bescherm het tuingereedschap tegen vuur. Er bestaat
explosiegevaar.
Bij beschadiging en onjuist gebruik van het tuingereed-
schap kunnen er dampen uit de accu vrijkomen. Zorg
voor frisse lucht en raadpleeg bij klachten een arts. De
dampen kunnen de luchtwegen irriteren.
Bewaar het tuingereedschap accu alleen bij een tempera-
tuur tussen 5 °C en 45 °C. Laat het tuingereedschap bijv.
in de zomer niet in de auto liggen.
Veiligheidsvoorschriften voor oplaadapparaat en
voedingsapparaat
De accu mag alleen worden opgeladen met het origine-
le Bosch-oplaadstation. Anders bestaat er explosie- en
brandgevaar.
Controleer voor elk gebruik oplaadstation, voedings-
apparaat, kabel en stekker. Gebruik het oplaadstation
of het voedingsapparaat niet nadat u een beschadiging
heeft vastgesteld. Open het oplaadstation of het voe-
dingsapparaat niet zelf en laat deze alleen door gekwa-
lificeerd personeel en alleen met originele vervan-
gingsonderdelen repareren. Beschadiging van
oplaadstation, voedingsapparaat, kabel of stekker ver-
groot het risico van een elektrische schok.
Gebruik het oplaadstation of het voedingsapparaat
niet op een gemakkelijk brandbare ondergrond (zoals
papier of textiel) of in een brandbare omgeving. Vanwe-
ge de bij het opladen optredende verwarming van het op-
laadstation en het voedingsapparaat bestaat brandgevaar.
Houd toezicht op kinderen. Daardoor wordt gewaar-
borgd dat kinderen niet met het oplaadstation, het voe-
dingsapparaat of het tuingereedschap spelen.
Kinderen en personen die op grond van hun fysieke,
zintuiglijke of geestelijke vermogens, hun onervaren-
heid of hun gebrek aan kennis niet in staat zijn het op-
laadstation en het voedingsapparaat veilig te bedie-
nen, mogen het oplaadstation en het voedingsapparaat
niet zonder toezicht of instructie door een verantwoor-
delijke persoon gebruiken. Anders bestaat het gevaar
van verkeerde bediening en lichamelijk letsel.
De spanning van de stroombron moet overeenkomen met
de gegevens op het typeplaatje van de voeding.
Het voedingsapparaat moet bij voorkeur worden aangeslo-
ten op een stopcontact dat is beveiligd door middel van
een aardlekschakelaar met een foutstroom van maximaal
30 mA. Controleer de werking van de aardlekschakelaar
regelmatig.
De aansluitkabel moet regelmatig op beschadigingen wor-
den gecontroleerd en mag alleen in onbeschadigde toe-
stand worden gebruikt.
Nederlands | 81
F 016 L70 825 | (23.11.12)