Controleer het volgende voordat u een onderhoudsmonteur belt.
Controleer het volgende voordat u een onderhoudsmonteur belt.
Symptoom
Symptoom
Verwarmings-/Koelingswerking werkt niet
effi cient.
De verwarmingsmodus kan niet worden
gebruikt.
Luidruchtig tijdens werking.
Afstandsbediening werkt niet.
(het display van de draadloze
afstandsbediening is gedimd of het
transmissiesignaal is zwak.)
Het apparaat werkt niet.
Het apparaat ontvangt geen signaal van de
afstandsbediening.
Het apparaat is gestopt en de TIMER-
aanduiding knippert.
VOOR SEIZOENSINSPECTIE, NADAT HET
VOOR SEIZOENSINSPECTIE, NADAT HET
APPARAAT LANG NIET IN GEBRUIK WAS
APPARAAT LANG NIET IN GEBRUIK WAS
• Controleer de batterijen van de afstandsbediening.
(draadloze afstandsbediening).
• Controleer de inlaat- en uitlaatopeningen op blokkades.
• Gebruik de Auto OFF/ON-toets om de koel-/
verwarmingsfunctie te kiezen; na 15 minuten looptijd is het
volgende temperatuurverschil tussen inlaat- en uitlaatlucht
normaal:
Bij koelen: ≥ 8°C
BIJ LANGDURIGE INACTIVITEIT
BIJ LANGDURIGE INACTIVITEIT
• Activeer de verwarmingsmodus gedurende 2~3 uur om
achterblijvend vocht grondig te verwijderen uit de interne
onderdelen om schimmelvorming te voorkomen.
• Schakel de voeding uit.
• Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening. (draadloze
afstandsbediening).
F567156.indb 73
F567156.indb 73
All manuals and user guides at all-guides.com
Controleer
Controleer
• Stel de temperatuur correct in.
• Sluit alle deuren en ramen.
• Maak de fi lters schoon of vervang ze.
• Verwijder elke obstructie bij de lucht in- en openingen.
• In een andere ruimte dan een woonkamer, zoals een computerkamer,
werkt alleen de koelmodus van het apparaat.
• Controleer of het apparaat schuin geïnstalleerd is of het inlaatrooster
niet goed is gesloten.
• Plaats de batterijen correct.
• Vervang zwakke batterijen.
• Controleer of de stroomonderbreker ontkoppeld is.
• Controleer of de timers zijn ingesteld.
• Controleer, of de ontvanger niet geblokkeerd wordt.
• Zorg ervoor dat het adres correct is ingesteld.
• Zorg, dat u met de afstandsbediening binnen het bereik van de
signaaltransmissie blijft.
• Het een en ander fl uorescerend licht kan eventueel de signaalzender
storen. Neem contact op met de dichtstbijzijnde dealer.
• Schakel de stroomtoevoer uit om het apparaat te resetten (de TIMER-
aanduiding stopt met knipperen).
• Schakel de stroomtoevoer weer in en herstart het apparaat.
• Als de TIMER-aanduiding nog steeds knippert, neemt u contact op met de
dichtstbijzijnde dealer.
Bij verwarmen: ≥ 14°C
OMSTANDIGHEDEN WAARIN U HULP MOET
OMSTANDIGHEDEN WAARIN U HULP MOET
INROEPEN
INROEPEN
SCHAKEL DE STROOMTOEVOER UIT en neem contact op
met een bevoegde dealer in de volgende omstandigheden:
• Een abnormaal lawaai tijdens de werking.
• Water of vreemde deeltjes zijn in de afstandsbediening
binnengedrongen.
• Er lekt water uit de binnendeel.
• De zekering springt regelmatig uit.
• De stroomdraad wordt onnatuurlijk warm.
• De schakelaars of knoppen werken niet zoals het hoort.
73
11/24/2009 11:23:17 AM
11/24/2009 11:23:17 AM