automatisch en verschijnt de relevante
schuifregelaar op het display. De
schuifregelaar is gedurende 8 seconden
zichtbaar en na die tijd gaat het display terug
naar de hoofdweergave. Om de
schuifregelaar sneller te sluiten tikt u op het
scherm buiten het gebied van de
schuifregelaar.
Wanneer andere zones actief zijn, kan de
warmte-instelling voor de zone die u wilt
gebruiken, worden beperkt. Zie
"Stroommanagement".
Zorg ervoor dat de pan geschikt
is voor inductiekookplaten. Kijk
voor meer informatie op types
kookgerei in het hoofdstuk 'Hints
en tips'. Controleer de grootte
van de pan in "Technische
gegevens".
7.4 Warmte-instelling
1. Schakel de kookplaat in.
2. Plaats de pan op de geselecteerde
kookzone.
De schuifregelaar voor de actieve kookzone
verschijnt op het display en is actief
gedurende 8 seconden.
3. Tik erop of schuif met uw vinger om de
gewenste warmte-instelling in te stellen.
Het symbool wordt rood en groter.
U kunt ook de warmte-instelling wijzigen
tijdens het koken. Raak het
zoneselectiesymbool aan op de
hoofdweergave van het bedieningspaneel en
beweeg uw vinger naar links of rechts (om de
warmte-instelling te verlagen of te verhogen).
7.5 PowerBoost
Deze functie activeert meer vermogen voor
de geschikte inductiekookzone; ze is
afhankelijk van de grootte van het kookgerei.
De functie kan maar voor een beperkte
periode worden geactiveerd.
1. Tik eerst op het gewenste zonesymbool.
12
NEDERLANDS
2. Tik op
of schuif uw vinger naar rechts
om de functie voor de gekozen kookzone
te activeren.
Het symbool wordt rood en groter.
De functie wordt automatisch uitgeschakeld.
Om de functie manueel te deactiveren
selecteert u de zone en wijzigt u de warmte-
instelling ervan.
Raadpleeg voor maximale
tijdsduur "Technische
gegevens".
7.6 OptiHeat Control(3-staps
restwarmte-indicator)
WAARSCHUWING!
III / II / I Zolang het
indicatielampje aanstaat, bestaat
er een risico op brandwonden
door restwarmte.
De inductiekookzones creëren de voor het
kookproces benodigde warmte rechtstreeks
in de bodem van het kookgerei. Het
glaskeramiek wordt verwarmd door de
warmte van het kookgerei.
De indicatielampjes III / II / I verschijnen
wanneer een kookzone heet is. De
aanduidingen tonen het niveau van de
restwarmte voor de kookzones die je
momenteel gebruikt.
Het indicatielampje kan ook verschijnen:
• voor de aangrenzende kookzones, zelfs
als je ze niet gebruikt,
• als er heet kookgerei op een koude
kookzone wordt geplaatst,
• als de kookplaat is uitgeschakeld, maar
de kookzone nog heet is.
Het indicatielampje verdwijnt als de
kookzone is afgekoeld.
7.7 Timer
Timer met aftelfunctie
+STOP
Gebruik deze functie om aan te geven
hoelang een kookzone moet werken tijdens
een enkele kooksessie.
U kunt de functie voor iedere kookzone
afzonderlijk instellen.