Probleem
De sensorvelden worden heet.
Er klinkt geen geluidsignaal wan‐
neer je de tiptoetsen van het be‐
dieningspaneel aanraakt.
De flexibele inductiekookzone
verwarmt de pan niet.
gaat aan.
gaat aan.
en een getal gaan branden.
Je kunt een constant piepgeluid
horen.
9.2 Als je geen oplossing kunt
vinden...
Als je niet zelf het probleem kunt verhelpen,
neem dan contact op met je verkoper of een
Mogelijke oorzaak
De pan is te groot of je plaatst deze
te dicht bij de bedieningsknoppen.
De signalen zijn uit.
De pan staat op een verkeerde plek
op de flexibele inductiekookzone.
De diameter van de panbodem is
verkeerd voor de ingeschakelde
functie of functiemodus.
Kinderbeveiligingsinrichting of Blok‐
kering werkt.
Er staat geen pan op de zone.
De pan is niet geschikt.
De diameter van de bodem van de
pan is te klein voor de zone.
FlexiBridge (Flexible Bridge) werkt.
Eén of meerdere delen van de wer‐
kende functiemodus niet afgedekt
door de pan.
PowerSlide werkt. Er zijn twee pan‐
nen op de flexibele inductiekookzo‐
ne geplaatst.
Er is een fout opgetreden in de
kookplaat.
De elektrische aansluiting is ver‐
keerd.
erkende serviceafdeling. Geef de gegevens
op het typeplaatje. Geef ook de driecijferige
code voor het glaskeramiek (bevindt zich in
de hoek van het glazen oppervlak) en een
foutmelding die gaat branden. Zorg ervoor
Oplossing
Plaats grotere pannen indien mogelijk
op de achterste kookzones.
Schakel de geluiden in. Raadpleeg
'Dagelijks gebruik'.
Plaats de pan op de juiste plek op de
flexibele inductiekookzone. De plaats
van de pan is afhankelijk van de inge‐
schakelde functie of modus. Zie 'Flexi‐
bele inductiekookruimte'.
Gebruik alleen pannen met een diame‐
ter die geschikt is voor de ingeschakel‐
de functie of functiemodus. Zie 'Flexi‐
bele inductiekookruimte'.
Raadpleeg 'Dagelijks gebruik'.
Plaats een pan op de zone.
Gebruik geschikte pannen. Zie 'Aan‐
wijzingen en tips'.
Gebruik pannen met de juiste afmetin‐
gen. Raadpleeg de technische gege‐
vens.
Plaats de pan op het juiste aantal ge‐
deelten van de functiemodus die in
werking is of wijzig de functiemodus.
Zie 'Flexibele inductiekookruimte'.
Gebruik slechts één pan. Zie 'Flexibele
inductiekookruimte'.
Schakel de kookplaat uit en schakel
deze na 30 seconden weer in. Wan‐
neer
weer verschijnt, trek je de
stekker van de kookplaat uit het stop‐
contact. Steek de stekker van de kook‐
plaat er na 30 seconden weer in. Als
het probleem zich blijft voordoen,
neem je contact op met een erkende
servicedienst.
Trek de stekker van de kookplaat uit
het stopcontact. Laat de installatie
controleren door een erkende elektri‐
cien.
NEDERLANDS
115