Werken met aangepaste geluidsmodi (Advanced SCM)
U kunt voor elke afspeelbron een aangepaste geluidsmodus selecteren en vastleggen. Dit is
mogelijk dankzij de voorziening met de naam "Advanced SCM" (Sound Control Memory).
De geluidsmodi selecteren en opslaan
Als u een geluidsmodus hebt geselecteerd, wordt deze in het geheugen opgeslagen en wordt
de modus elke keer weer opgeroepen wanneer u dezelfde geluidsbron selecteert. Voor elk
van de volgende geluidsbronnen kan een geluidsmodus worden opgeslagen: FM1, FM2,
FM3, AM en CD en voor externe geluidsbronnen.
• Als u de geluidsmodus van uw keuze niet voor elke geluidsbron apart wilt instellen, maar
wel elke geluidsbron dezelfde geluidsmodus wilt toekennen, verwijzen we u naar de
instructies in de paragraaf "Advanced SCM annuleren" op pagina 29.
SCM
Indicatie
SCM OFF
(Vlak geluid)
BEAT
Rock- of discoritme
SOFT
Rustige achtergrondmuziek
POP
Lichte muziek
SCM
De geluidsmodus van uw keuze selecteren.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert de geluidsmodus en
wel als volgt:
SCM OFF
• Als de Link-indicator op de display aan gaat (en voor "SCM LINK" de
instelling "LINK ON" is gekozen - zie pagina 29), kan de geselecteerde
geluidsmodus voor de desbetreffende afspeelbron in het geheugen
worden opgeslagen. Het effect is meteen op de afspeelbron van
toepassing.
• Als de Link-indicator op de display NIET is aan is (en "SCM LINK" is
ingesteld op "LINK OFF"), is de geselecteerde geluidsmodus op elke
willekeurige afspeelbron van toepassing.
Voor:
FM/AM
CD
CD
-CH
BEAT
SOFT
Vooraf ingestelde waarden
Bas
Treble
00
00
+02
00
+01
–03
+04
+01
Link-indicator
POP
Loud
Aan
Aan
Uit
Uit
23