nEDERLanDs
Veranker de machine (Afb. A, D)
WAARSCHUWING: De machine moet te allen tijde waterpas en stabiel staan.
1. Verplaats de machine naar de gewenste locatie. Zie Transportalinea onder Onderhoud.
2. Er zijn gaten
28
in de poten geboord voor het op de vloer vastzetten van de machine.
Boor met behulp van deze gaten als sjablonen gaten van 10 mm diameter en een
minimale diepte van 75 mm.
3. Steek de ankerbouten
30
met ring
31
schroefdraad, door de gaten in de poten en in de vloer.
OPMERkInG: Gebruik FAZ ll 10/10 ankerbouten, apart verkrijgbaar.
4. Draai de moer
32
aan.
De automatische terugslag bevestigen (Afb. A, E–J)
1. De automatische terugslag is al gedeeltelijk gemonteerd zoals afgebeeld in Afb. E.
2. Schroef de automatische terugslag houdschroef
zeskantsleutel om ronddraaien van het automatische terugslagsysteem (Afb. F) mogelijk
te maken.
3. Ontgrendel en verplaats de kop (Afb. G).
4. Draai de automatische terugslag. Steek de tweede schroef
OPMERkInG: Niet vastdraaien (Afb. H).
5. Stel de automatische terugslag in, waarbij u de juiste uitlijning met de rolkop
controleert (Afb. A, I).
6. De juk beweegstop moet worden aangepast zodat de jukassemblage steunen niet
de achterste limiet van de steunpunten raken. Past de beweegstop
rubberen stop
36
tegen de achterkant van de behuizing voor zaagvergrendeling stoot
(Afb. J).
WAARSCHUWING: De kop moet altijd zijn vergrendeld in de ruststand.
7. Draai alle schroeven vast.
Neem contact op met uw leverancier voor verdere informatie over de geschikte accessoires.
De tafeluitbreiding monteren (Afb. A, K–R)
1. Monteer twee van de steunen voor tafeluitbreiding
tafelbovenkant
5
met behulp`van de M8 x 25 bouten (Afb. K).
2. Plaats een tafeluitbreiding
22
,
23
op de tafeluitbreiding steun (Afb. L). Herhaal dit voor de
andere tafeluitbreiding.
3. Controleer dat de tafeluitbreiding op gelijke hoogte van de vaste tafelbovenkant zijn en
draai de bouten stevig met de hand aan.
WAARSCHUWING: De tafeluitbreidingen en de vaste tafelbovenkant MOETEN op gelijk
hoogte zijn.
4. Steek 3 pluggen in de kleine, linker afscheiding
afscheiding
9
(Afb. A, M).
5. Lijn de pluggen van de linker afscheiding uit met de gaten in de vaste tafelbovenkant aan
de linkerzijde, en druk ze stevig tegen elkaar (Afb. N).
6. Herhaal dit voor de rechter afscheiding.
7. Lijn de linker tafelstrips aan de achterkant
en druk ze stevig tegen elkaar (Afb. O). Draai de tafelklem
(Afb. P).
8. Steek een M8 x 25 schroef en D8 sluitring in de linker tafelstrip aan de achterkant en draai
deze stevig vast (Afb. Q, R).
9. Herhaal dit voor de rechter tafelstrip aan de achterkant.
De stof beschermkap monteren (Afb. S, T)
1. Bevestig de stofpoort in positie aan de achterkant van de kolombasis
2. Steek 3 M8 x 16 schroeven en D8 sluitringen in de stofpoort en basisgaten.
3. Draai ze alle vast met 3 M8 moeren met behulp van een 13 mm inbussleutel en
open sleutelspanner.
De kabelsteun monteren (Afb. U, V)
1. Verwijder de kruiskopschroef
39
.
2. Monteer de kabelsteun
40
en breng de kruiskopschroef weer aan.
3. Verwijder de kabelklemmen
die zich op de arm bevinden en bevestig ze weer om de
41
kabel op zijn plaats te houden.
WAARSCHUWING: Zorg dat de arm in horizontal en verticale richting kan bewegen.
De electronische besturingskast monteren (Afb. W)
Bedraad in de voedingskabel is de elektronische regelkast
vrijgaveschakelaar
26
, het remtoestel en motoroverbelastingsbescherming met
automatische reset.
1. Verwijder de moeren van de schroeven
kast
27
.
2. Houd de kast tegen de achterkant van het tafelframe aan de linkerkant van de kolombasis
en steek de schroeven in de overeenkomstige gaten.
3. Breng de moeren weer aan op het uiteinde van de schroeven en draai ze vast.
Het zaagblad bevestigen (Afb. X–GG)
WAARSCHUWING: Beperk het risico van persoonlijk letsel, draag werkhandschoenen
wanneer u met het zaagblad werkt.
1. Zorg ervoor dat de armpositie op 0º staat en til de arm
50
en moer
32
gedeeltelijk voorzien van
33
gedeeltelijk los met 6 mm
34
er in.
25
35
aan totdat de
37
aan iedere kant van de vaste
8
en 3 pluggen in de grotere rechter
20
uit met de pluggen bij de linker afscheiding
38
vast met een inbussleutel
27
die de geen-spanning
42
die uitsteken aan de achterkant van de
14
in de hoogste stand (Afb. X).
2. Plaats één inbussleutel van 6 mm in de motoras en de andere inbussleutel van 6 mm op
de schroef van het zaagblad (Afb. Y), draai de schroef van het zaagblad naar rechts als u de
schroef
43
en de externe flens
44
wilt verwijderen (Afb. Z).
3. Verwijder het zaagblad uit de spil en bevestig het zaagblad in het slot
tafelafscherming. Het zaagtandblad MAG NIET in contact met de spil komen (Afb. AA, BB)
4. Ontgrendel de kop en beweeg de kop naar voren totdat het zaagblad uit het slot
worden verwijderd. Plaats het nieuwe zaagblad
langzaam naar de rust (vergrendelde) positie, waarbij u ervoor zorgt dat de tanden van het
zaagblad niet in contact komen met de spil (Afb. CC–EE).
5. Plaats het nieuwe zaagblad op de interne flens
(Afb. FF). Plaats één inbussleutel van 6 mm in de motoras en de andere inbussleutel van
6 mm op de schroef van het zaagblad, draai de schroef van het zaagblad en de externe
flens vast (Afb. Y).
OPMERkInG: Breng de onderste beschermkap omhoog en draai het zaagblad langzaam
zodat u zeker weet dat het zaagblad vrij kan bewegen zonder enige zijdelingse beweging.
6. Laat de beveiliging zakken zodat het beveiligingslot is uitgelijnd met de beveiligingschroef
en draai de schroef vast (Afb. GG).
WAARSCHUWING: De tanden van een nieuw zaagblad zijn zeer scherp en kunnen
gevaarlijk zijn.
WAARSCHUWING: De draairichting staat aangegeven met de pijl op de motor.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat de sluitring van de spilmoer zich tegen de buitenste
flens bevindt.
Controleren of de arm parallel staat met de tafelbovenkant (Afb. A, HH)
1. Laat het zaagblad
46
zakken totdat het net de vaste tafelbovenkant
2. Maak de verstekvergrendeling hendel
3. Verleng het zaagblad naar voren voorbij de afscherming, en draai de arm zo dat het
zaagblad langs de volledige breedte van de tafelbovenkant scheert.
4. Herhaal deze procedure met het zaagblad in de achterste positie en pas de achterste bout
aan indien nodig.
Controleren of het zaagblad loodrecht staat op de tafelbovenkant
(Afb. II–KK)
1. Breng de arm
14
terug naar de centrale positie.
2. Plaats een stalen winkelhaak
48
tegen het zaagblad (Afb. II).
3. Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
a. Verwijder de schuine wijzerschijf
50
b. Maak alle drie de zeskantschroeven los die op deze manier vrijkomen (Afb. KK).
c. Plaats een zeskantsleutel in de motorspil en tik totdat het zaagblad plat tegen de
winkelhaak staat.
4. Maak alle bevestigingen stevig vast.
WAARSCHUWING: Het is vooral belangrijk om de middelste zeskantschroef vast
te draaien.
5. Breng de schuine wijzerplaat
50
weer aan, waarbij u deze uitlijnt met de wijzer
Controleren of de dwarssnede loop loodrecht staat op de afscherming
(Afb. LL–PP)
1. Schuif het zaagblad uit aan de voorkant van de afscherming(Afb. LL).
2. Plaats een winkelhaak
48
op een stuk board en tegen de afscherming, terwijl het
zaagblad net wordt aangeraakt, zoals afgebeeld.
3. Trek het zaagblad naar u toe om te controleren dat het zaagblad parallel aan de
winkelhaak draait.
4. Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
a. Terwijl de verstekvergrendeling hendel
hendel
12
los zoals afgebeeld in Afb. MM.
b. Maak de vergrendelmoeren
52
aan iedere kant van de arm
Afb. NN
5. Om de arm
14
naar links aan te passen, maakt u de schroefbout
van de arm los en draait u de tegenover gelegen schroefbout vast (Afb. OO).
6. Om de arm
14
naar rechts aan te passen, maakt u de schroefbout
van de arm los en draait u de tegenover gelegen schroefbout vast.
7. Ga te werk in kleine stappen en controleer de aanpassing na iedere stap terwijl de
hendels
11
,
12
in positie staan.
WAARSCHUWING: Draai de schroefbouten niet te stevig vast.
8. Maak de schroefbouten
52
vast.
9. Pas de wijzer
54
aan op de verstekschaal
Zaagbladbeveiliging assemblage (Afb. QQ)
De zaagbladbeveiliging is een multifunctionele assemblage die de volgende
veiligheidsfunctionaliteiten biedt:
-
Beveiliging voorkant
3
en met veer bevestigde beveiliging achterkant
volledige zaagbladbeveiliging.
-
Adapter voor stofverwijdering
57
-
Verstelbare vingerbeveiliging
58
45
van de
46
in het slot
45
en beweeg de kop
47
. Plaats de buitenste flens
44
5
raakt.
11
en de verstekklem hendel
12
los.
door de twee schroeven
51
los te maken (Afb. JJ).
11
in de 0º positie staat, laat u de verstekklem
14
los, zoals afgebeeld in
53
aan de rechterkant
53
aan de linkerkant
55
zodat deze 0º aanwijst (Afb. PP).
4
voor
.
voor gebruik als u dwarssneden maakt.
45
kan
op de as
49
op 0º.