BIJLAGE
1 Systeemvariaties
Dit hoofdstuk laat variaties zien van verschillende systemen met een Lucht-naar-Water warmtepomp plus instellingsmethoden.
1-1 Voorbeelden van toepassingen gerelateerd aan temperatuurinstelling.
Verschillende temperatuurinstellingen voor verwarming
1. Afstandsbediening
Buiten
Sluit de vloerverwarming of radiator direct op de binnenunit aan.
De afstandsbediening is op de binnenunit geïnstalleerd.
Dit is de basisvorm van het meest eenvoudige systeem.
2. Ruimtethermostaat
Buiten
Sluit de vloerverwarming of radiator direct op de binnenunit aan.
Verwijder de afstandsbediening van de binnenunit en installeer het in de ruimte waar de vloerverwarming is geïnstalleerd.
Dit is een toepassing waarbij de afstandsbediening als ruimtethermostaat wordt gebruikt.
3. Externe ruimtethermostaat
Buiten
Sluit de vloerverwarming of radiator direct op de binnenunit aan.
De afstandsbediening is op de binnenunit geïnstalleerd.
Installeer een aparte externe ruimtethermostaat (levering derden) in de ruimte waar de vloerverwarming is geïnstalleerd.
Dit is een toepassing waarbij een externe ruimtethermostaat wordt gebruikt.
Binnen
De binnenunit ontvangt een signaal van de ruimtethermostaat (AAN/UIT) van de
afstandsbediening om de warmtepomp en de circulatiepomp te regelen.
Binnen
Er zit een ingebouwde thermistor in de afstandsbediening.
Binnen
Vloerverwarming
Instelling van de afstandsbediening
Instellingen installateur
Vloerverwarming
Instelling van de afstandsbediening
Instellingen installateur
Vloerverwarming
Ruimtethermostaat
Instelling van de afstandsbediening
(levering derden)
Instellingen installateur
Systeeminstellingen
Optionele print - Nee
Zone & sensor:
Watertemperatuur
Systeeminstellingen
Optionele print - Nee
Zone & sensor:
Ruimtethermostaat
Intern
Systeeminstellingen
Optionele print - Nee
Zone & sensor:
Ruimtethermostaat
(Extern)
13