Digitale tafelverwarming
VEILIGHEIDSINRICHTINGEN
•
Het apparaat bezit een veiligheids-
functie tegen oververhitting. Wan-
neer de motor van het apparaat te
heet wordt, dan schakelt het appa-
raat om af te koelen automatisch in
de ventilatiemodus.
•
Het apparaat is bovendien uitgerust
met een beveiliging tegen overver-
hitting. Bij oververhitting schakelt het
apparaat zich uit. Trek in dit geval de
netstekker uit de contactdoos en laat
het apparaat afkoelen. Daarna kan
het weer worden ingezet.
•
Het apparaat bezit aan de onderkant
een tuimelschakelaar, die dient als
veiligheidsschakelaar (4). Deze wordt
bij het opstellen van het apparaat
ingedrukt. Als het apparaat kantelt,
dan wordt de veiligheidsschakelaar
gedeactiveerd, waardoor het apparaat
automatisch wordt uitgeschakeld.
OVERZICHT VAN DE
FUNCTIES EN BEDIENINGS-
ELEMENTEN
Het apparaat beschikt over zowel een
ventilatie- als een verwarmingsmodus.
Bij het verwarmen kan worden gekozen
tussen twee vermogensstanden.
Terwij l in de ventilatiemodus alleen de
ventilator werkt en het verwarmingsele-
ment is uitgeschakeld, zij n bij de verwar-
mingsmodus zowel ventilator als verwar-
mingselement actief. Het apparaat meet
continu de omgevingstemperatuur. Als
deze de ingestelde temperatuur heeft
bereikt, dan schakelt het verwarmings-
element in het apparaat zich uit. Zodra
de omgevingstemperatuur weer daalt
start het verwarmingsproces automa-
tisch, om een constante temperatuur te
handhaven.
In het display (12) wordt standaard de
huidige temperatuur weergegeven.
ON / OFF (aan / uit)
Schakel het apparaat in resp. uit door
op de toets ON / OFF (aan / uit) (10) te
drukken.
WARM (verwarmen)
Selecteer door meermaals op de toets
WARM (verwarmen) (11) te drukken
de gewenste modus. De kleur van de
LED-indicatie (6) geeft aan welke modus
is ingesteld:
Ventilatiemodus: blauw
Verwarmingsmodus stand 1 (600 W):
geel
Verwarmingsmodus stand 2 (1200 W):
rood
Bij het inschakelen van het
apparaat is de ventilatiemodus
vooringesteld.
TEMP SET (temperatuurinstelling)
Selecteer door meermaals op de toets
TEMP SET (temperatuurinstelling) (13)
te drukken de gewenste temperatuur
(15 – 35 °C). Tij dens de instelling knip-
pert de beoogde temperatuur in het
display (12) en brandt de LED-indica-
tie (6) oranje. De beoogde temperatuur
is geselecteerd, wanneer het display te-
rugkeert naar de indicatie van de huidige
temperatuur.
TIMER
Stel de timertij d in door meermaals te
drukken op de toets TIMER (8) (0 – 9H).
Tij dens de instelling knippert de timer-
zeit in het display (12). Deze is geselec-
teerd, wanneer het display terugkeert
naar de indicatie van de huidige tempe-
ratuur.
Als er een timertij d is ingesteld, dan
schakelt het apparaat zich na afl oop van
deze tij d automatisch uit.
Zet deze om de timer te deactiveren op
'0H'.
NL
35