INSTALLATIE
WATERAANSLUITING -
WATERAANSLUITING :
De aan- en afvoerslangen kunnen naar wens links of rechtsom
geleid worden. De afwasmachine kan zowel op koud als op warm
water (max. 60°C) worden aangesloten.
De waterdruk kan vari ren van een minimum van 8 N/cm tot een
maximum van 80 N/cm . Vraag bij een waterdruk lager dan
8 N/cm uw plaatselijke waterleidingbedrijf om advies.
Aansluiting op een wasmachinekraan met terugslagklep is
voorschrift (Fig. 1). De afwasmachine is voorzien van een druk-vaste
waterslang met een 3/4 aansluitnippel (Fig. 2) voor aansluiting op
de waterkraan. De waterslang "A" wordt vastgedraaid op een
waterkrann "B" met een 3/4" aansluiting, zodanig dat de nippel
stevig vast zit.
Bij aansluiting van de machine op een nieuwe waterleiding of op
een leiding die langere tijd niet gebruikt is, doet men er goed aan
het water eerst enkele minuten door laten kopen, alvorens de
toevoer aan te sluiten. Dit voorkomt verstopping van het filter bij
de watertoevoer door zandafzetting of roest.
WATERAFVOER :
Let er bij de opstelling op dat er geen knikken in de afvoerslang
zitten (Fig. 4). De permanente afvoer dient minimaal een binnen
doorsnede te hebben van 4 cm en een hoogte boven de vloer van
40 cm. Wij adviseren de installatie van een antireuk sifon (Fig. 4x).
De afvoerslang kan eventueel met 2.6 m verlengd worden; de
maximale hoogte is 85 cm.
Neem hiervoor contact op met de Service Desk.
4
Het kromme uiteinde van de afvoerslang kan in de gootsteen
worden gehangen (dit mag niet onder water staan, aangezien het
water dan tijdens het wasprogramma weer opgezogen zou kunnen
worden, Fig. 4y).
Controleer bij de opstelling of er geen knikken in de toevoeren
afvoerslang zitten. Verleng, zo nodig, de toevoerslang. Hiervoor
is art. 9225014 van max. 1.5 m in de handel.
WATERAFVOER
DE GASBRANDERS
Elke brander is voorzien van een kraan
een ruimere keus tussen de hoogste en laagste stand
een makkelijke vlam regeling
geen risico dat de vlam uit gaat bij het te snel terugdraaien
van de vlam.
ONTSTEKING
Basis gastoevoer moet altijd dichtgedraaid zijn.
Draai de gaskraan open
Een symbool naast elke knop geeft aan welke brander het is.
Druk en draai de gewenste knop op het
houden tot de vlam ontsteekt.
Op modellen met vonkontsteking wordt de vlam ontstoken door
een vonk. Dit gebeurt dmv een toets of het indrukken van de knop.
Modellen zonder vonkontsteking moeten met een lucifer worden
aangestoken.
Modellen met een Veilligheids thermokoppel, hou de knop
een paar seconden ingedrukt om het veiligheidssysteem
te activeren. Als de knop meteen word losgelaten zal het
veiligheidssysteem niet ingeschakeld worden en de vlam
zal uitgaan. Als dit gebeurd, herhaal dan de
onstekingsprocedure vanaf het begin en wacht wat langer
nadat de vlam aan is.
Als er speciale locale gas condities zijn welke het ontsteken
moeilijker maken, adviseren wij de onstekingsprocedure te
herhalen, en de knop naar het minimum te draaien.
Stel de vlam in naar uw eigen kook wensen, u kunt kiezen uit
verschillende posities tussen de ( ) en ( ) op de bedieningsknop.
Draai de vlam uit, draai de knop naar de uit positie.
Als de brander per ongeluk ontstoken word. Draai de knop naar
"0" wacht een minuut en probeer opnieuw te ontsteken.
PANNEN
Voor het juiste gebruik van de branders kiest u pannen welke aan
de onderstaande afmetingen voldoen.
* Erg snel Ø 18 cm and more
* Snel Ø van 16 to 26 cm
* Normaal Ø 12 cm
* langzaam Ø 10 cm
Pannen met gebogen, geribbelde en scheefgetrokken bodems
worden niet geadviseerd.
Aluminium pannen kunnen sporen achterlaten op de
ge mailleerde pandragers, deze kunnen verwijderd worden met
een vochtige doek of een licht schuurmiddel.
TIPS
Vermijt het extreem laten koken van voedsel, het wordt hierdoor
niet sneller gaar. Uit onderzoek is gebleken dat het voedsel dan
een deel van zijn smaak kan verliezen.
Gas bespare, zorg ervoor dat de vlam niet onder de pan vandaan
komt.
et nooit een lege pan op de brander.
89 NL
GEBRUIK
symbool, ingedrukt