Nr.
Voedselitem
A-13 Gestoomde vis
A-14 Geroosterde
vis
A-15 Zalmmoten
A-16 Oven-
aardappelen
A-17 Ovengroenten
A-18 Gegratineerde
groenten
A-19 Marmercake
A-20 Vruchten-
vlaaibodem
A-21 Biscuitgebak
A-22 Muffins
A-23 Brood
A-24 Zelfgemaakte
pizza
A-25 Deeg gisten
Neo Twin_NV70H7786ES_EF_DG68-00535B-00_NL.indd 21
Plaat-
Gewicht/kg
Onderdeel
niveau
0,5-0,7
Draadrooster
0,8-1,0
0,5-0,7
Universele
0,8-1,0
plaat (diep) met
inzetstuk voor
draadrooster
0,3-0,4
Universele
0,7-0,8
plaat (diep) met
inzetstuk voor
draadrooster
0,4-0,5
Bakplaat
0,8-1,0
(universeel)
0,4-0,5
Universele
0,8-1,0
plaat (diep)
0,4-0,6
Draadrooster
0,8-1,0
0,5-0,6
Draadrooster
0,7-0,8
0,9-1,0
0,3-0,4
Draadrooster
(groot)
0,2-0,3
(taartjes)
0,4-0,5
Draadrooster
(middelgroot)
0,2-0,3
(klein)
0,5-0,6
Draadrooster
0,7-0,8
0,7-0,8
Draadrooster
(wit)
0,8-0,9
(volkoren)
1,0-1,2
Bakplaat
1,3-1,5
(universeel)
0,3-0,5
Draadrooster
0,6-0,8
Nederlands - 21
Aanbeveling
2
De vis, zoals hele forel, snoekbaars of zeebaars, afspoelen en
schoonmaken. Leg de vis om en om in een ovale ovenvaste
glazen schotel. Voeg 2-3 eetlepels citroensap toe.
Dek af met het deksel.
4
Leg de vis om en om op het inzetstuk voor draadrooster.
De eerste stand is voor 2 vissen, de tweede is voor 4 vissen.
Het programma is geschikt voor hele vissen, zoals forel,
snoekbaars of brasem.
4
Leg de zalmmoten op het inzetstuk voor draadrooster.
Omkeren wanneer het geluidssignaal klinkt.
2
Aardappelen afspoelen en doormidden snijden.
Bestrijken met olie, kruiden en specerijen. Gelijkmatig over
de bakplaat verspreiden. De eerste instelling is voor kleine
aardappelen (elk 100 gr.) en de tweede instelling is voor grote
overaardappelen (elk 200 gr.).
4
Leg de groenten, zoals in plakjes gesneden courgette,
paprika, aubergine, champignons en tomaten op de
universele plaat (diep). Insmeren met een mengsel van
olijfolie, kruiden en tuinkruiden.
2
Bereid gegratineerde groenten in een ovenvaste ronde
schotel. Plaats het gerecht in het midden van de oven.
2
Doe het beslag in een passende, ingevette tulbandvorm.
2
Doe het beslag in een ingevette taartbodemvorm.
De eerste stand is voor één vruchtenvlaaibodem, de tweede
voor 5-6 kleine taartjes.
2
Doe het beslag in een ronde zwartmetalen bakvorm.
De eerste stand is voor een bakvorm met een diameter van
26 cm, de tweede voor een kleine bakvorm met een diameter
van 18 cm.
2
Doe het beslag in een zwarte metalen bakvorm voor
12 muffins. De eerste stand is voor kleine muffins, de tweede
is voor grote muffins.
2
Bereid het deeg volgens de instructies van de fabrikant en
doe het in een rechthoekige zwartmetalen bakvorm (lengte
25 cm). De eerste instelling is voor witbrood (0,7-0,8 kg) en
de tweede instelling is voor volkorenbrood (0,8-0,9 kg).
2
Leg de pizza op de bakplaat. Het gewichtsbereik is inclusief
de garnering, zoals saus, groente, ham en kaas.
Stand 1 (1,0-1,2 kg) is voor dunne pizza's en stand
2 (1,3-1,5 kg) is voor pizza's met veel garnering.
2
De eerste instelling wordt aanbevolen voor het laten rijzen
van pizzadeeg. De tweede instelling is geschikt voor gistdeeg
voor gebak en brooddeeg. Doe het in een grote, ronde
hittebestendige kom en dek het af met vershoudfolie.
2014-07-22
1:00:20