Chemisch Resistente Laboratorium-pompen
N820/840.18G
Omgeving van
de pomp
Maximale
oppervlaktetemp
eratuur
Ontstekingstemp
eratuur
Temperatuurklas
se
Temperatuurklas-
se
T1
T2
T3
T4
T5
T6
Keurmerk
h
h
h
Vertaling van de originele bedienings- en installatie-instructies, ne-
derlands, KNF 317428-317425 09/20
De pomp mag niet in explosiegevaarlijke omgevingen opge-
steld worden. De pomp is alleen voor het transporteren van
een explosief gasmengsel geschikt.
3.4.4 Temperatuurklassen
De maximale oppervlaktemperatuur is de hoogste tempera-
tuur die een oppervlak van de pomp onder de meest ongun-
stige omstandigheden bereikt.
De maximale oppervlaktemperatuur van de pomp moet conti-
nu lager zijn dan de laagste ontstekingstemperatuur van het
gas- of damp-luchtmengsel waarin deze wordt gebruikt.
De maximale oppervlaktemperatuur wordt bepaald door de
constructie van de pomp en wordt als temperatuurklasse aan-
gegeven.
Max. oppervlaktetemperatuur
[°C]
450
300
200
135
100
85
Tab.6:
3.4.5 Soort ontstekingsbescherming
Omschrijving
Constructieve veiligheid "c"
Ontstekingsbronbewaking "b"
Vloeistofkapseling "k"
Tab.7:
Voor de pompen is een beoordeling van het ontstekingsge-
vaar conform de normen DIN EN ISO 80079-36 en DIN EN
ISO 80079-37 uitgevoerd. De beschermingsdoelen zijn door
de toepassing van de soort ontstekingsbescherming construc-
tieve veiligheid "c" bepaald.
Ontstekingstemperatuur
[°C]
> 450
> 300
> 200
> 135
> 100
> 85
Gebruik
NL
13