nl
Let op de koudezones
in de koelruimte
Door de luchtcirculatie in de koelruimte
ontstaan verschillende koudezones:
De koudste zones bevinden zich bij
■
de achterwand en in
de delicatessenhouders. Afb. #
De warmste zone bevindt zich
■
helemaal bovenaan in de deur.
Aanwijzing
Bewaar in de warmste zone bijv.
harde kaas en boter. Kaas kan zo zijn
aroma verder ontwikkelen en de boter
blijft goed smeerbaar.
Superkoelen
Tijdens het superkoelen wordt
de koelruimte ca. 6 uur zo koud mogelijk
gekoeld. Hierna wordt automatisch
omgeschakeld naar de vóór het
superkoelen ingestelde temperatuur.
Het superkoelsysteem inschakelen bijv.
vóór het inladen van grote
■
hoeveelheden levensmiddelen.
om dranken snel te koelen.
■
In- en uitschakelen
Afb. "
Super-toets koelruimte 5 indrukken.
De toets brandt als
het superkoelsysteem is ingeschakeld.
Aanwijzing
Als het superkoelsysteem is
ingeschakeld
kunnen de bedrijfsgeluiden toenemen.
102
De verskoelruimte
De temperatuur in de verskoelruimte
wordt rond de 0 °C gehouden. De lage
temperatuur en de optimale
luchtvochtigheid maken ideale
omstandigheden mogelijk voor het
bewaren van verse levensmiddelen.
In de verskoelruimte kunnen
levensmiddelen tot drie keer langer vers
worden gehouden dan in de normale
koelzone – voor nog langere versheid en
behoud van voedingsstoffen en smaak.
Verskoellade
Afb. !/20
Het klimaat in verskoellade biedt ideale
omstandigheden voor het bewaren van
vis, vlees, worst, kaas en melk.
Vochtlade
Afb. !/22
De vochtlade wordt afgedekt door een
speciaal filter dat de luchtvochtigheid
in de lade optimaal houdt. Daardoor
heerst er in de vochtlade, afhankelijk van
de vulling, een luchtvochtigheid tot 95 %.
Dit bewaarklimaat is ideaal voor vers
fruit, sla, groente, kruiden
of paddenstoelen.