nl
Storing
In de koelruimte is het te
koud.
De koelmachine wordt
steeds vaker en langer
ingeschakeld.
De temperatuurindicatie van
de koelruimte knippert.
Afb. "/3
Het apparaat koelt niet.
De binnenverlichting brandt
bij een niet helemaal
gesloten deur (of bij
ingedrukte lichtschakelaar)
minder helder.
72
Eventuele oorzaak
Deur van het vriesvak
is geopend.
De temperatuur is te koud
ingesteld.
Het supervriezen is
ingeschakeld.
De deur van het apparaat
werd te vaak geopend.
De be en
ontluchtingsopeningen zijn
afgedekt.
De deur van het apparaat
werd te vaak geopend.
Er werden te veel
levensmiddelen ingeladen.
De be- en
ontluchtingsopeningen zijn
afgedekt.
Het apparaat is
■
uitgeschakeld.
Stroomuitval.
■
De zekering is
■
uitgeschakeld.
De stekker zit niet goed in
■
het stopcontact.
De omgevingstemperatuur is
lager dan 20 °C of
het supervriessysteem is
ingeschakeld.
Geen storing!
Oplossing
Deur van het vriesvak sluiten. De deur van
het vriesvak sluit met een hoorbare klik.
Temperatuur warmer instellen.
Supervriezen uitschakelen.
Deur van het apparaat niet onnodig openen.
Afdekkingen verwijderen.
Deur van het apparaat niet onnodig openen.
Voor het aanbrengen op de super toets "/2
drukken.
Afdekkingen verwijderen.
Hoofdschakelaar aan/uit drukken. Afb. "/1
Controleren of er stroom is. Zekering
controleren.
Bij omgevingstemperaturen boven 20 °C of na
het uitschakelen van het supervriessysteem
gaat de binnenverlichting weer uit.