Audio-instellingen
[AUDIO CONTROL]
[SUB-W LEVEL]
[–15]
[+15]
tot
[BASS LEVEL]
[–8]
tot
[+8]
(
[+2]
[MID LEVEL]
[–8]
[+8]
[+1]
tot
(
[TRE LEVEL]
[–8]
[+8]
[+1]
tot
(
[EQ PRO]
Past uw eigen geluidsinstellingen voor elke bron aan.
• De instellingen worden opgeslagen naar
(Kies alvorens de instelling te maken eerst de gewenste bron.)
[BASS ADJUST]
[BASS CTR FRQ]
[BASS LEVEL]
[BASS Q FACTOR]
[BASS EXTEND]
[MID ADJUST]
[MID CTR FRQ]
[MID LEVEL]
[MID Q FACTOR]
[TRE ADJUST]
[TRE CTR FRQ]
[TRE LEVEL]
Basisinstelling:
[0]
) Instellen van het subwooferuitgangsniveau.
(
) Instellen van het vast te leggen niveau voor iedere
bron.
)
(Kies alvorens de instelling te maken eerst de
gewenste bron.)
)
[USER]
[PRESET EQ]
in
[60]
/
[80]
/
[100]
/
[200]
: Kiezen van de
middenfrequentie.
[–8]
[+8]
[+2]
tot
(
): Instellen van het niveau.
[1.00]
[1.25]
[1.50]
[2.00]
/
/
/
: Instellen van de
kwaliteitsfactor.
[ON]
: Activeren van verlengde lage tonen. ;
[OFF]
: Geannuleerd.
[0.5KHZ]
[1.0KHZ]
[1.5KHZ]
[2.5KHZ]
/
/
/
van de middenfrequentie.
[–8]
tot
[+8]
(
[+1]
): Instellen van het niveau.
[0.75]
[1.00]
[1.25]
/
/
: Instellen van de
kwaliteitsfactor.
[10.0KHZ]
/
[12.5KHZ]
/
[15.0KHZ]
Kiezen van de middenfrequentie.
[–8]
[+8]
[+1]
tot
(
): Instellen van het niveau.
[XX]
[PRESET EQ]
[BASS BOOST]
.
[LOUDNESS]
[SUBWOOFER SET] [ON]
[LPF SUBWOOFER] [THROUGH]
[SUB-W PHASE]
: Kiezen
[FADER]
[BALANCE]
[VOLUME OFFSET]
/
[17.5KHZ]
:
[SOUND RECNSTR]
(Geluidreconstructie)
[SUB-W LEVEL]
[LPF SUBWOOFER]
•
/
[SUBWOOFER
SET]
[DRIVE EQ]
[TOP40]
[POWERFUL]
[ROCK]
/
/
/
[NATURAL]
[USER]
/
: Kiezen van een geschikte, vooringestelde equalizer voor
het muziekgenre.
• Als de demonstratie wordt geactiveerd (
[ON
pagina 12), wordt
[POWERFUL]
automatisch geselecteerd als de
[PRESET EQ]
.
[DEMO MODE]
[OFF]
– Als u
instelt op
geselecteerd als de standaardinstelling voor
[USER]
• Kies
voor gebruik van de instellingen die met
gemaakt.
[LV1]
[LV2]
[LV3]
/
/
: Kiezen van het gewenste versterkingsniveau voor de lage
[OFF]
tonen. ;
: Geannuleerd.
[LV1]
/
[LV2]
: Selecteert de gewenste lage of hoge frequenties boost voor een
goed gebalanceerd geluid bij een laag volume. ;
: Activeren van de subwooferuitgang. ;
: Alle signalen worden naar de subwoofer gestuurd. ;
[85HZ]
[120HZ]
[160HZ]
/
/
: Audiosignalen met lagere frequenties dan
85 Hz/120 Hz/160 Hz worden naar de subwoofer gestuurd.
[REVERSE]
[NORMAL]
(180°)/
(0°): Kiezen van de fase van de subwoofer in
overeenstemming met de luidsprekeruitgang voor een optimaal geluid.
• Alleen kiesbaar indien een andere instelling dan
voor
[LPF SUBWOOFER].
[R15]
tot
[F15]
(
[0]
): Instellen van de weergavebalans tussen de voor- en
achterluidspreker.
[L15]
[R15]
[0]
tot
(
): Instellen van het weergavebalans tussen de linker- en
rechterluidspreker.
[–8]
[+8]
[0]
Voor de AUX:
tot
(
) ; Voor overige bronnen:
het initiële volumeniveau van elke bron van te voren in door te vergelijken met
het FM-volumeniveau.
(Kies alvorens de instelling te maken eerst de gewenste bron.)
[ON]
: Er wordt een compensatie voor de hoge frequentiecomponenten
gemaakt en de verhogingstijd van de golfvorming die met het comprimeren
van audiodata verloren gaat wordt hersteld voor een realistisch geluid. ;
[OFF]
: Geannuleerd.
[SUB-W PHASE]
/
is alleen kiesbaar wanneer
[ON]
op
is gesteld.
[POPS]
[EASY]
[JAZZ]
/
/
/
/
] is aanvankelijk geselecteerd,
[USER]
(pagina 12), wordt
[PRESET EQ]
.
[EQ PRO]
zijn
[OFF]
: Geannuleerd.
[OFF]
: Geannuleerd.
[THROUGH]
is gekozen
[–8]
[0]
tot
: Stelt
11
NEDERLANDS