Gebruik niet meer dan 3 defibrillatieschokken per 45 seconden gevolgd
door 1 minuut hartmassage om oververhitting tijdens defibrillatie te
voorkomen. Houd na 30 minuten tenminste 15 minuten op met het
toedienen van schokken voordat u een nieuwe reeks begint. Herhaal
dit gedurende niet langer dan een periode van 4 uur. Geef ook niet
meer dan 2 x 300 defibrillatorontladingen per minuut.
Waarschuwingen:
–
De simulator mag tijdens defibrillatie niet in contact komen met
elektrisch geleidende oppervlakken of voorwerpen.
–
Vermijd het gebruik in alle ontvlambare omgevingen. Hoge doses
zuivere zuurstof bijvoorbeeld moeten tijdens defibrillatie worden
vermeden. Zorg voor een goede ventilatie wanneer in de nabijheid
van de simulator zuurstof in hoge concentraties wordt gebruikt.
–
Houd de torso van de simulator altijd droog.
–
Laat de simulator acclimatiseren voordat u met defibrillatie
begint. Plotselinge temperatuurveranderingen kunnen leiden
tot condensvorming op elektronische componenten, wat een
potentieel gevaar voor een schok kan inhouden.
–
Gebruik geen geleidende gel of geleidende defibrillatie-elektroden
(voor gebruik bij patiënten), om beschadiging aan de huid van de
torso te voorkomen.
–
Ook te hard drukken op de defibrillatieconnectoren tijdens
defibrillatie kan boogvorming of de vorming van putjes veroorzaken.
–
Defibrilleer de simulator niet als de huid van de torso niet op zijn
plaats zit.
Mechanische of elektrische gevaren
Gebruik de SimJunior simulator niet wanneer:
–
de ledematen niet aan de torso zijn bevestigd
–
de huid gescheurd of niet goed bevestigd is
–
interne of externe kabels, slangen of aansluitingen beschadigd zijn
–
er een vloeistoflek in of op de simulator is
–
er ongebruikelijke geluiden zijn die duiden op een luchtlek of
mechanische schade
–
er tekenen zijn van een elektrische storing, zoals een
niet-reagerende simulator of een ongebruikelijke geur, of rook
Waarschuwing:
–
Vermijd knelgevaar - Gebruik de simulator niet zonder externe
huiden
Accugebruik en -onderhoud
–
Gebruik altijd accu's die zijn goedgekeurd als voedingsbron voor
de SimJunior, Link Box en SimPad.
–
Zorg dat de accu's goed zijn geïnstalleerd. Het onjuist plaatsen en
aansluiten van accu's kan kortsluiting veroorzaken.
Waarschuwingen:
–
Verwijder batterijen/accu's met inachtneming van de plaatselijke
regelgeving.
–
De externe acculader dient uitsluitend voor gebruik binnenshuis.
–
De accu van de simulator mag alleen worden opgeladen bij
temperaturen tussen 0 °C - 40 °C.
–
Behandel de accu niet verkeerd, haal hem niet uit elkaar en
probeer niet hem te repareren. Gebruik de accu's niet als ze
zichtbaar beschadigd zijn, niet goed werken of lijken te lekken.
Inleiding
–
Wees uiterst voorzichtig en vermijd direct contact met elektrische,
hete of rokende onderdelen. Als een accu lekt, moet deze worden
ontkoppeld en verwijderd als men het veilig acht om dit te doen.
–
Blootstelling aan vloeistoffen betekent een explosiegevaar.
–
Laat bij elke 30e oplaadcyclus de accu eerst geheel leeglopen.
Laat, om de accu leeg te laten lopen, de simulator op accustroom
draaien totdat hij automatisch uitgaat.
–
Alleen vervangen door een Laerdal SimJunior accu.
Opslag en vervoer
–
Bewaar volledig geladen accu's nooit langer dan een maand.
–
De accu van de simulator kan tijdens een vliegreis in de simulator
worden vervoerd.
–
Neem bij het vervoeren van reserve-accu's contact op met de
luchtvaartmaatschappij of het vrachtbedrijf voor de meest recente
vrachtregelingen.
Waarschuwing:
–
De SimJunior Simulator en accessoires zijn zwaar als ze allemaal in
dezelfde draagtas worden vervoerd. Zorg altijd dat de SimJunior
goed is vastgezet tijdens vervoer en opslag om persoonlijk letsel of
beschadiging aan het product te voorkomen.
136