FUNCTIONERINGSPRINCIPE
PELLET-BLOK is een haard die pellets verbrand. De ver-
branding van de pellets wordt elektronisch aangestuurd.
De brandstof (pellet) wordt uit de tank (A) opgenomen en
wordt door een toevoerschroef (B), aangedreven door de
reductiemotor (C), vervoerd naar een tweede toevoerschro-
ef (D), aangestuurd door een tweede reductiemotor (E). De
brandstof wordt vervolgens vervoerd naar de verbrandin-
gshaard (F).
De houtpellets worden aangestoken met behulp van warme
lucht die door een elektrische weerstand (G) geproduceerd
wordt. Deze warme lucht wordt door een rookverwijderaar
(F), wordt door de opening (G) aan de bovenkant van de
haard afgevoerd.
De haard kanaliseert de warme lucht die voor de verwar-
ming van aangrenzende ruimtes gebruikt kan worden.
Op de deksel van de haard zijn twee openingen Ø14 cm
aanwezig waar de speciale aluminium buizen op aangeslo-
ten kunnen worden.
Voor de verspreiding van de warme lucht is een optionele
KIT 3 verkrijgbaar (zie pag. 105).
De vuurhaard is gemaakt van Ecokeram
ren vuurplaat en is aan de voorkant door een deurtje afge-
sloten. Open het deurtje met geleverde handschoen.
De hoeveelheid brandstof en de verwijdering van gassen/de
toevoer van verbrandingslucht worden allen aangestuurd
door de elektronische kaart voorzien van software met het
LEONARDO
systeem waarmee een optimale verbran-
®
ding, een hoog rendement en een geringe uitstoot gegaran-
deerd worden.
Het apparaat 3C SYSTEM (katalytische keramische ver-
brander) garandeert een complete verbranding waardoor de
vorming van as tot een minimum beperkt wordt, een lang
brandduur en beperkte uitstoot.
F
H
Afb.
1
VEILIGHEIDSINFORMATIE
PELLET-BLOK is ontworpen voor het verwarmen, aan de
hand van de automatische verbranding van pellets in de
vuurhaard, van de installatieruimte door middel van uit-
straling en de beweging van de warme lucht die door het
rooster aan de bovenkant vooraan naar buiten stroomt en
van twee aangrenzende ruimtes door middel van de kana-
lisatie van warme lucht aan de hand van openingen op de
deksel van de haard.
• Het enige gevaar dat door het gebruik van de haard veroor-
zaakt kan worden, is verbonden aan het niet opvolgen van de
installatienormen, de directe aanraking met de (externe) elek-
trische onderdelen onder spanning, de aanraking met vuur en
de warme onderdelen of de introductie van vreemde stoffen.
• Maak voor de verbranding uitsluitend gebruik van houtpellets
6 mm diameter.
• De haard zijn voorzien van beschermingsinstallaties die
de uitdoving van de kachel garanderen in het geval dat
bepaalde componenten slecht functioneren. Laat dit
gebeuren zonder dat u ingrijpt.
• Voor een normale functionering moet de haard geïnstal-
leerd worden in overeenstemming met de aanwijzingen
van dit blad. Voorkom de opening van de deur tijdens de
functionering: de verbranding wordt automatisch aange-
met een gietijze-
®
stuurd. Ingrepen zijn dus niet noodzakelijk.
• Voorkom het invoeren van vreemde voorwerpen in de
vuurhaard of in de tank.
• Voorkom het gebruik van ontvlambare producten voor de
reiniging van het rookkanaal (het deel dat de opening voor
rookafvoer van de haard met de schoorsteen verbindt).
• De onderdelen van de vuurhaard en de tank mogen uit-
sluitend met een stofzuiger uit te worden gezogen.
• Het glas kan KOUD gereinigd worden met een speciaal
product (bijv. GlassKamin Edilkamin) en een doek.
• Verzeker u ervan dat de haard door een erkende
Edilkamin Dealer geplaatst en aangestoken worden in
overeenstemming met de aanwijzingen van dit blad.
• Tijdens de functionering van de haard bereiken de afvo-
erleidingen en de deur zeer hoge temperaturen (nooit zon-
I
der de speciale handschoen aanraken).
• Voorkom het plaatsen van niet hittebestendige voorwer-
pen in de nabijheid van de haard.
• Maak NOOIT gebruik van vloeibare brandstoffen om
de haard aan te steken of het houtskool aan te wakkeren.
A
• Sluit de externe luchttoevoer van de haard nooit af.
B
• Maak de haard nooit nat en voorkom de aanraking van
de elektrische onderdelen met natte handen.
D
• Voorkom het aanbrengen van verkleinstukken in de roo-
C
kafvoerleidingen.
• De haard moet geïnstalleerd worden in een brandwerende
ruimte voorzien van alle services (toevoer en afvoer) die
E
het apparaat voor een correcte en veilige functionering (zie
de indicaties van dit technische blad) nodig heeft.
• Probeer de haard nooit opnieuw aan te steken als dit
G
eerder niet gelukt is. Leeg eerst de vuurhaard
• LET OP: DE PELLETS DIE U UIT DE VUURHAARD
HAALT MAG NIET IN DE TANK GESTOPT WORDEN.
98