schap. Gebruik geen elektrisch
gereedschap als u moe bent of
onder de invloed van drugs,
alcohol of medicijnen staat. Een
moment van onoplettendheid bij het ge-
bruik van het elektrische gereedschap
kan tot ernstige verwondingen leiden.
• Draag persoonlijke beschermings-
uitrusting en altijd een bescherm-
bril. Het dragen van een persoonlijke
beschermingsuitrusting, zoals stofmasker,
slipvrije veiligheidsschoenen, bescher-
mende helm of gehoorbescherming, al
naargelang de aard en de toepassing
van het elektrische gereedschap, doet het
risico voor verwondingen afnemen.
• Vermijd een onopzettelijke in-
gebruikname. Vergewis u dat
het elektrische gereedschap uit-
geschakeld is voordat u het op
de stroomvoorziening en/of de
accu aansluit, het opneemt of
draagt. Als u bij het dragen van het
elektrische gereedschap uw vinger aan
de schakelaar hebt of het apparaat
ingeschakeld p de stroomvoorziening
aansluit, kan dit tot ongevallen leiden.
• Verwijder instelgereedschap of
schroefsleutel voordat u het elek-
trische gereedschap inschakelt.
Gereedschap of een sleutel, die zich
in een draaiend apparaatonderdeel
bevindt, kan tot verwondingen leiden.
• Vermijd een abnormale li-
chaamshouding. Zorg voor een
veilige stand en houd te allen
tijde uw evenwicht. Daardoor kunt
u het elektrische gereedschap in onver-
wachte situaties beter controleren.
• Draag geschikte kledij. Draag
geen ruimzittende kleding of
sieraden. Houd haar, kledij en
handschoenen op een veilige
afstand tot bewegende onder-
delen. Loszittende kledij, sieraden of
lang haar kan/kunnen door bewegen-
de onderdelen vastgegrepen worden.
• Als er stofafzuig- en –opvangin-
richtingen gemonteerd kunnen
worden, vergewist u zich dat
deze aangesloten zijn en correct
gebruikt worden. Gebruik van een
stofafzuiginrichting kan gevaren door
stof doen afnemen.
4) GEBRUIK EN BEHANDELING VAN
HET ELEKTRISCHE GEREEDSCHAP
• Overbelast het apparaat niet.
Gebruik voor uw werk het
daarvoor bestemde elektrische
gereedschap. Met het passende
elektrische gereedschap werkt u beter
en veiliger in het aangegeven vermo-
gensgebied.
• Gebruik geen elektrisch gereed-
schap, waarvan de schakelaar
defect is. Elektrisch gereedschap, dat
niet meer in- of uitgeschakeld kan wor-
den, is gevaarlijk en moet gerepareerd
worden.
• Trek de stekker uit het stopcon-
tact en/of verwijder de accu
voordat u apparaatinstellingen
doorvoert. Toebehoren wisselen
of het apparaat wegleggen.
Deze voorzorgsmaatregel voorkomt
een onopzettelijke start van het elektri-
sche gereedschap.
• Bewaar ongebruikt elektrisch
gereedschap buiten het bereik
van kinderen. Laat personen
het apparaat niet gebruiken,
die daarmee niet vertrouwd zijn
of deze aanwijzingen niet gele-
zen hebben. Elektrisch gereedschap
is gevaarlijk als het door onervaren
personen gebruikt wordt.
N L
B E
6 3