22 | Montage
▶ Maak de pallet los van de boiler.
▶ Monteer verstelbare voeten (toebehoren).
▶ Stel de boiler op en lijn deze uit.
▶ Omwikkel met foliemantel (ErP-klasse "C") of extra isolatie
(ErP-klasse "B").
▶ Sluit de ritssluiting.
▶ Breng de voorste afdekking handopening aan.
▶ Verwijder de kap.
▶ Breng het deksel van de ommanteling aan.
▶ Breng teflonband of -koord aan.
750/1000 liter boiler met aparte isolatie "E"
( afb. 5vv, pagina 52)
▶ Maak de pallet los van de boiler.
▶ Verwijder het verpakkingsmateriaal.
▶ Monteer verstelbare voeten (toebehoren).
▶ Stel de boiler op en lijn deze uit.
▶ Breng de vloerisolatie aan.
▶ Breng de isolatie en de spanband aan.
▶ Sluit de ritssluiting.
▶ Beng de bovenste isolatie en het deksel van de ommanteling aan.
▶ Breng de voorste afdekking handopening aan.
▶ Verwijder de kap.
▶ Breng teflonband of -koord aan.
750/1000 liter boiler met PU-hardschuimhelften "C"
( afb. 5vv, pagina 52)
▶ Verwijder het verpakkingsmateriaal.
▶ Bewaar de ingepakte foliemantel.
▶ Maak de spanband los.
▶ Neem het deksel van de ommanteling weg.
▶ Verwijder de helften van PU-hardschuim met twee personen.
▶ Monteer verstelbare voeten (toebehoren).
▶ Stel de boiler op en lijn deze uit.
▶ Breng de vloerisolatie aan.
▶ Breng de helften van PU-hardschuim, spanband onder en foliemantel
aan.
▶ Sluit de ritssluiting.
▶ Breng het bovenste isolatie-element voor de afdekking van het hand-
gat en het manteldeksel aan.
▶ Breng de voorste afdekking handopening aan.
▶ Verwijder de kap.
▶ Breng teflonband of -koord aan.
5.3
Hydraulische aansluiting
WAARSCHUWING: Brandgevaar door soldeer- en las-
werkzaamheden!
▶ Tref bij soldeer- en laswerkzaamheden de gepaste
veiligheidsmaatregelen, aangezien de warmte-isola-
tie brandbaar is (bijvoorbeeld warmte-isolatie afdek-
ken).
WAARSCHUWING: Gevaar voor de gezondheid door
vervuild water!
Onzorgvuldig uitgevoerde montagewerkzaamheden ver-
vuilen het drinkwater.
▶ Installeer de boiler hygiënisch conform de nationale
normen en richtlijnen.
5.3.1
Boiler hydraulisch aansluiten
Installatievoorbeeld met alle aanbevolen ventielen en kranen
(afb. 16, pagina 55).
6 720 810 360 (2017/03)
▶ Gebruik installatiemateriaal, dat tot 160 °C (320 °F) temperatuurbe-
stendig is.
▶ Geen open expansievaten gebruiken.
▶ Bij drinkwater-verwarmingsinstallaties met leidingen in kunststof,
metalen koppelingen gebruiken.
▶ Aftapleiding conform de aansluiting dimensioneren.
▶ Bouw geen bochten in de aftapleiding in, anders kan de installatie
niet goed gespuid worden.
▶ Bij gebruik van een terugslagklep in de leiding naar de koudwaterin-
gang: overstortventiel tussen terugslagklep en koudwateringang in-
bouwen.
▶ Wanneer de rustdruk van de installatie hoger is dan 5 bar, een druk-
verminderaar inbouwen.
▶ Alle niet gebruikte aansluitingen afsluiten.
▶ Vul de boiler uitsluitend met drinkwater.
▶ Tijdens het vullen de op het hoogste punt gelegen tapkraan openen
( afb. 18, pagina 55).
5.3.2
Overstortventiel inbouwen (bouwzijdig)
▶ Bouw een voor drinkwater toegelaten overstortventiel (DN20) in
de koudwaterleiding in ( afb. 55, pagina 55).
▶ Installatiehandleiding van het overstortventiel respecteren.
▶ De uitblaasleiding van het overstortventiel moet in het tegen bevrie-
zing beschermde gebied via een afwatering uitmonden, waarbij de
plaats vrij moet kunnen worden geobserveerd.
– De uitblaasleiding moet minimaal overeenkomen met de uitlaatdi-
ameter van de veiligheidklep.
– De uitblaasleiding moet minimaal het debiet kunnen afblazen, die
in de koudwateringang mogelijk is ( tab. 3, pagina 20).
▶ Instructiebord met de volgende tekst op het overstortventiel aan-
brengen "Uitblaasleiding niet afsluiten. Tijdens het verwarmen kan
bedrijfsmatig water ontsnappen."
Wanneer de rustdruk van de installatie hoger wordt dan 80 % van de
aanspreekdruk van het overstortventiel:
▶ Drukverminderaar voorschakelen ( afb. 55, pagina 55).
Meet de
Aanspreekdruk
wateraansluitdruk
overstortventiel
(rustdruk)
6 bar
< 4,8 bar
5 bar
6 bar
8 bar
5 bar
8 bar
6 bar
7,8 bar
10 bar
Tabel 7 Keuze van een geschikte drukverminderaar
5.4
Warmwatertemperatuursensor monteren
Voor de meting en de bewaking van de warmwatertemperatuur:
▶ Warmwatertemperatuursensor monteren ( afb. 17, pagina 55).
Posities van de meetpunten:
• SK500...1000-5ZBS... ( afb. 2, pagina 51):
In- en uitschakelsensor op positie 4 en 5 monteren.
▶ Let erop, dat het sensorvlak over de gehele lengte
contact heeft met het dompelhulsvlak.
SK500-5ZBS... | SK750-5ZBS... | SK1000-5ZBS...
Drukverminderaar
Binnen de EU
Buiten de EU
Niet nodig
Niet nodig
4,8 bar
4,8 bar
Niet nodig
Niet nodig
5,0 bar
Niet nodig
5,0 bar
Niet nodig