Toebehoren
Onderdeel
......... Aantal stuks
1
.........1
2
R
L
.........1
3
.........1
4
.........1
5
.........1
2LET OP
Het gebruik van andere accessoires dan de bijgeleverde
toebehoren kan het toestel beschadigen. Gebruik uitsluitend de
hierboven getoonde, bij het toestel geleverde toebehoren.
Handelingen voor het installeren
1. Voorkom kortsluiting of ongelukken : Haal de sleutel uit het
kontakt en ontkoppel de min (negatieve) kabel.
2. Verbind de juiste in- en uitgangskabels van ieder toestel.
3. Verbind de kabel met de bedradingsbundel.
4. Neem stekker B van de bedradingsbundel en verbind met de
luidsprekeraansluiting van uw auto.
5. Neem stekker A van de bedradingsbundel en verbind met de
externe spanningsaansluiting van de auto.
6. Neem de kabelboom en verbind deze met het toestel.
7. Monteer het toestel in de auto.
Onderdeel
......... Aantal stuks
6
.........1
7
.........1
8
.........1
9
.........1
6~9...uitsluitend de KRC-
PS978R/878R
— 131 —
8. Sluit de - pool van de accu weer aan.
2LET OP
• Als uw wagen niet voorbereid is op dit speciale
aansluitingssysteem, raadpleeg dan uw KENWOOD dealer.
• Gebruik uitsluitend antenneconversie-adapters (ISO-JASO) wanneer
de antennekabel een ISO stekker heeft.
• Kontroleer dat alle verbindingen juist zijn en de stekkers goed in de
aansluitingen zijn vergrendeld.
• Indien het kontakt van uw auto geen ACC stand heeft of de
ontstekingskabel (kontaktkabel) met een spanningsbron is
verbonden waar constant spanning op staat zoals bijvoorbeeld een
accukabel, zal de spanning van het toestel niet overeenkomstig het
kontakt worden in- en uitgeschakeld (met andere woorden, de
spanning van het toestel wordt niet gelijk met het kontakt in- en
uitgeschakeld). Indien u de spanning van het toestel
overeenkomstig het kontakt van de auto wilt in- en uitschakelen,
moet u de ontstekingskabel met een spanningsbron verbinden die
middels het kontakt van de auto wordt in- en uitgeschakeld.
• Kontroleer wanneer een zekering doorbrandt eerst of de kabels
geen kortsluiting maken. Vervang vervolgens de doorgebrande
zekering door een van hetzelfde type.
• Let goed op dat kabels of aansluitingen die niet zijn verbonden geen
kontakt met metalen onderdelen van de auto of op een andere
manier spanning leiden. Voorkom korstluiting en verwijder niet de
kappen of doppen van de uiteinden van kabels of aansluitingen die
niet worden verbonden.
• Sluit de luidsprekerkabels juist met de overeenkomende
aansluitingen aan. Het toestel wordt mogelijk beschadigd of
functioneert niet indien de - kabels gezamelijk worden aangesloten
en/of gezamelijk op een metalen onderdeel van de auto worden
geaard.
• Kontroleer na het installeren van het toestel dat de remlichten,
richtingaanwijzers, ruitewissers, etc. van de auto juist functioneren.
• Isoleer niet-aangesloten kabels met isolatieband of ander geschikt
materiaal.
• Voor het verbinden van bepaalde diskwisselaars heeft u
conversiekabels nodig.
Zie het gedeelte "Veiligheidsvoorzorgen" voor details.
• Als de console voorzien is van een klep, dient u het toestel zodanig
te installeren dat het voorpaneel bij het openen en sluiten de klep
niet raakt.