Braden en grillen
Vormen
U kunt alle vormen gebruiken die hittebestendig zijn. Zet de
vorm altijd midden op het rooster. Voor grote stukken vlees is
ook de geëmailleerde bakplaat geschikt.
Tips voor het braden
Een lage temperatuur zorgt ervoor dat het gerecht
■
gelijkmatiger bruin wordt.
Doe bij mager vlees 2 tot 3 eetlepels en bij stoofvlees 8 tot
■
10 eetlepels vloeistof, afhankelijk van de grootte.
Steek bij eend of gans het vel onder de vleugels vast, dan
■
kan het vet weglopen.
Gevogelte wordt bijzonder knapperig bruin als u het tegen
■
het einde van de bereidingstijd bestrijkt met boter, zout water
of sinaasappelsap.
Keer stukken vlees na de helft van de bereidingstijd.
■
Als het vlees klaar is, moet het nog 10 minuten in de
■
uitgeschakelde, gesloten oven blijven liggen. Zo wordt het
vleessap beter verdeeld.
Bij het braden van grotere vleesstukken kan er meer stoom
■
ontstaan en neerslag op de ovendeur terechtkomen. Dit is
normaal en heeft geen invloed op de werking. Wrijf na het
braden de ovendeur en het kijkvenster droog met een
doekje.
Braadt u direct op het rooster, plaats dan ook de
■
geëmailleerde bakplaat op inschuifhoogte 1, zodat het vet
kan worden opgevangen.
Tips voor het braden
Hoe kunt u vaststellen of het vlees klaar
is.
Het vlees is te donker en de korst is op
enkele plaatsen verbrand.
Het vlees ziet er goed uit, maar de jus is
aangebrand.
Het vlees ziet er goed uit, maar de jus is
te licht en te waterig.
68
Tips voor het grillen
■
■
■
■
■
Gebruik de vleesthermometer (verkrijgbaar in de speciaalzaak) of doe de "lepeltest".
Druk met de lepel op het vlees. Voelt het stevig aan, dan is het klaar. Geeft het mee, dan
heeft het nog wat tijd nodig.
Controleer de inschuifhoogte en de temperatuur.
Neem de volgende keer kleiner braadgerei en voeg wat meer vloeistof toe.
Gebruik de volgende keer groter braadgerei en voeg minder vloeistof toe.
Gebruik zoveel mogelijk stukken van gelijke dikte voor het
grillen. Ze moeten minstens 2 tot 3 cm dik zijn. Zo worden ze
gelijkmatig bruin en blijven ze lekker mals.
Leg de te grillen producten op het midden van het rooster.
Giet een beetje water op de geëmailleerde bakplaat en plaats
hem op de inschuifhoogte eronder, zodat het vet wordt
opgevangen. Plaats hem nooit direct op de bodem van de
binnenruimte.
Besprenkel het vlees met wat olie voordat u het op het
rooster onder de grill legt.
Keer dunner vlees na de helft van de grilltijd en dikker vlees
vaker tijdens het grillen. Gebruik hierbij een grilltang, dan
doorboort u het vlees niet en blijft het vleessap in het vlees.
Donkere vleessoorten, zoals lams- en rundvlees, worden
sneller en beter bruin dan licht varkens- en kalfsvlees.