Onderhoud En Handhaving; Schakelbare Functies - LGB Schienenreinigungslok Bedienungsanleitung

• Niet gebruiken voor het reinigen van vernikkelde LGB rails.
• De reinigingsmotor werkt alleen als de reinigingsloc vooruit rijdt. Dit vergemakke-
lijkt het reinigen van dode uiteinden zoals bijv. opstelsporen.
• De reinigingsloc reinigt geen natte of veroliede rails.
• De reinigingswielen (67267) kunnen via de geautoriseerde LGB-dealer betrokken
worden. De verpakking bevat de reinigingsringen, de binnenste wielflenzen en de
buitenste schijven. Altijd ook de wielflenzen en de buitenste schijven vervangen
als u de reinigingsring vervangt.
Let op! het door de railreiniging verwijderde vuil en schuursel blijft in de buurt van de
rail liggen en zet zich af op tapijt en andere materialen.
Reiniging van de rails
Analoog bedrijf (gebruikelijke trafo en rijregelaar)
• Rijregelaar op 0 zetten.
• Railreinigingsloc op de rail plaatsen.
• Bedrijfssoorten schakelaar in positie 2 zetten (zie bedrijfssoorten).
• Ingebouwde snelheidsregeling van de railreinigingsloc in de middelste positie
zetten (afb. 3).
• Rijregelaar in de hoogste positie vooruit zetten.
De railreinigingsloc gaat nu met een middelmatige snelheid rijden en de reinigings-
wielen maken de rails schoon.
Opmerking:
• De snelheid van de loc wordt met de regelaar op het dak (afb. 3) ingesteld. De
rijregelaar van de modelbaan moet altijd op de hoogste positie ingesteld worden,
zodat de reinigingswielen met de maximale snelheid draaien.
Meertreinen-systeem:
• Railreinigingsloc op de rail plaatsen.
• Locaders kiezen en de railreinigingsloc op halve snelheid vooruit laten rijden.
• Functietoets F1 indrukken. De reinigingswielen gaan draaien en maken de rails
schoon. Om de reinigingsmotor uit te schakelen, nogmaals op de functietoets F1
drukken.
Opmerking:
• De beveiligingsfunctie schakelt de reinigingsmotor uit, zodra de MZS-regelaar op
„0" wordt gezet.
Snelheid bij het reinigen
Stel de ingebouwde snelheidsregelaar (in analoogbedrijf) of de MZS-regelaar (bij
meertreinen-systeem) overeenkomstig de vervuilingen van de rails in:
• Bij licht vervuilde rails laat u de loc sneller rijden.
• Bij sterk vervuilde rails laat u de loc langzamer rijden. Dan reinigen de reinigings-
wielen de rail grondiger.
• Probeer bij extreem vervuilde rails de rails niet in één arbeidsgang volledig te
reinigen. Laat de loc op halve snelheid rijden en herhaal de reiniging meerdere
keren tot de rails schoon zijn.
Opmerking voor het reinigen van de rails
• Als de railreinigingsloc voor de eerste keer of met nieuwe reinigingswielen gebru-
ikt wordt, maakt deze soms wat meer lawaai.
• De reinigingsmotor is voorzien van een thermische overbelastingsbeveiliging. Als
de motor overbelast wordt, schakelt deze automatisch uit. De overbelastingsscha-
kelaar schakelt na een paar minuten vanzelf weer in. In de regel laat zich een
overbelasting vermijden door de loc wat sneller te laten rijden.
Let op! Vervang de reinigingswielen voordat de grijze reinigingsschijven onder het
niveau van de buitenste wielschijven afgesleten zijn (zie vervangen reinigingswielen).
Als de reinigingsschijven op het niveau van de buitenste wielschijven komen, kunnen
deze schijven de rails beschadigen.
Let op! Laat de railreinigingsloc alleen onder toezicht rijden. Als de loc ontspoort,
kunnen de reinigingswielen door blijven draaien en de rails beschadigen.
18