b) Master-slave-modus
• Stel in het menu SLNd de optie NASt in om het apparaat als master-apparaat te definiëren (sturing via de
ingebouwde controller).
• Stel in het menu SLNd de optie SLAU in om het apparaat als slave-apparaat te definiëren (sturing via de
computer van het aangesloten master-apparaat).
Als het apparaat als alleenstaand apparaat (stand alone) moet worden gebruikt, moet het als
master-apparaat worden gedefinieerd.
In een master-slave-ketting mag slechts één apparaat als master-apparaat worden gedefinieerd,
alle andere apparaten moeten als slave-apparaten worden gedefinieerd.
Als het apparaat als slave-apparaat gedefinieerd wordt en het bij aansluiting DMX IN geen sign-
aal herkent, wordt op het scherm StbY weergegeven.
c) Sound-to-Light modus
• Stel in het menu ShNd de optie SoUn in om het apparaat in de Sound-to-Light modus te gebruiken.
• Kies onder So01-So27 het gewenste Sound-to-Light-effect.
• Het lichteffect wordt hierbij via een ingebouwde microfoon op het tempo van de muziek gestuurd.
d) Effectsnelheid voor Sound-to-Light/automatische modus/fade-effecten
• Stel in het menu ShNd de optie SPee in om de effectsnelheid in te stellen.
• Kies van SP01-SP99 de gewenste snelheid uit (langzaam > snel).
e) Handmatige kleurinstelling
• Stel in het menu ShNd de optie NAnU in.
• Stel de optie oFF/on op on in. Hiermee wordt het gebruik met manuele kleurinstelling in- of uitgescha-
keld.
• Stel de helderheid van de kleuren blauw, groen en rood met de opties bLue, Gree en red in en maak zo
het gewenste mengkleur aan.
• Leg met de optie FLAS de strobesnelheid voor het gebruik met manuele kleurinstelling vast.
FS 0:
geen strobe-effect
FS 1-FS15:
Strobe-effect langzaam > snel
79