Temperatuur- en vorstalarm activeren / deactiveren
Wanneer meer dan één buitensensor is geactiveerd, druk dan op de kanaal-
toets
, om er één te selecteren.
37
Druk herhaaldelijk op de – -toets
activeren.
Wanneer het vorstalarm is geactiveerd, dan verschijnt het bijbehorende symbool
naast de buitentemperatuur. Het alarmsignaal klinkt bij –1 °C tot + 3 °C.
Wanneer het temperatuuralarm is geactiveerd, dan verschijnt het bijbehorende
symbool naast de buitentemperatuur. Het alarmsignaal klinkt bij de ingestelde
waarden.
Wanneer de temperatuur- en vorstalarmen zijn geactiveerd, dan verschijnen beide
symbolen op het display.
Achtergrondverlichting
Druk op de SNOOZE / LIGHT-toets
durende 5 seconden.
om de temperatuur- en het vorstalarm te
36
. De achtergrondverlichting brandt ge-
33
Bediening
23
NL
169