4.
Zet de motorschakelaar in de stand AAN (ON).
5.
Bedien de starter.
Trek iets aan de starterhandgreep totdat u weerstand voelt en trek dan
snel en stevig in de pijlrichting zoals hieronder getoond. Laat het
startkoord rustig terugrollen.
Laat de starterhandgreep niet terugslaan tegen de motor. Laat het
startkoord langzaam terugrollen om schade aan de starter te voorkomen.
6.
Als u de chokehendel in de stand CLOSED heeft gezet om de motor
starten, verzet deze dan geleidelijk naar de stand OPEN terwijl de motor
warm draait.
CHOKEKNOP
OPEN
DICHT
4
CONTACTSLOT
AAN
HANDGREEP STARTKOORD
T
T
r
r
e
e
k
k
r
r
i
i
c
c
h
h
t
t
i
i
n
n
g
g
OPEN
7.
Zet de gashendel in de stand voor het gewenste motortoerental. Zie
voor het aanbevolen motortoerental de instructies bij de apparatuur die
door deze motor wordt aangedreven.
DE MOTOR UITZETTEN
Als u in een noodgeval de motor snel wilt uitzetten, draait u de
motorschakelaar gewoon naar de stand OFF. Hanteer onder normale
omstandigheden de volgende procedure.
1.
Zet de gashendel in de stand MIN.
2.
Zet de motorschakelaar in de stand UIT (OFF).
3.
Als de brandstoftank een brandstofkraan heeft of er een
ontluchtingsventiel in de brandstofvuldop zit, draai deze dan naar de
stand CLOSED of OFF.
NEDERLANDS
MIN.
MAX.
GASHENDEL
(aan de apparatuur)
GASHENDEL
(aan de apparatuur)
MIN.
CONTACTSLOT
UIT