Setup
—Vervolg
DSD FILTER
Wanneer u de analoge uitgang gebruikt tijdens het
afspelen van een Super-audio-cd, kunt u een digitale
filter toepassen op de DSD-gegevens voordat ze door
de D/A-convertor gaan. De digitale filter kan de
eigenschappen schakelen in de hoorbare of onhoorbare
frequentiebereiken. Selecteer de instelling van uw
voorkeur. De standaardinstelling is DIRECT. Tijdens
het afspelen van een Super-audio-cd wordt deze
instelling ingeschakeld wanneer DIGITAL OUT van
het apparaat is uitgeschakeld.
FIL 1
Frequentierespons
0
-20
-40
-60
-80
-100
200
0
100
Frequentie (kHz)
FIL 2
Frequentierespons
0
-20
-40
-60
-80
-100
0
100
200
Frequentie (kHz)
FIL 3
Frequentierespons
0
-20
-40
-60
-80
-100
0
100
200
Frequentie (kHz)
FIL 4
Frequentierespons
0
-20
-40
-60
-80
-100
200
0
100
Frequentie (kHz)
Golfkenmerk
15
10
5
0
-5
-10
-15
0
10
20
Frequentie (kHz)
Golfkenmerk
15
10
5
0
-5
-10
-15
10
20
0
Frequentie (kHz)
Golfkenmerk
15
10
5
0
-5
-10
-15
0
10
20
Frequentie (kHz)
Golfkenmerk
15
10
5
0
-5
-10
-15
0
10
20
Frequentie (kHz)
PHASE
Stel in of de fase van de analoge uitvoer moet worden
omgekeerd.
NORMAL (Standaardinstelling)
Hiermee wordt de golfvorm die op de cd is
opgenomen, uitgevoerd zonder dat de fase wordt
gewijzigd.
INVERT
Hiermee wordt de golfvorm die op de cd is
opgenomen, uitgevoerd met een omgekeerde fase van
180°.
AREA PRIORITY
Selecteer het gebied zodat het prioriteit krijgt voor het
afspelen wanneer een hybride Super Audio-cd wordt
afgespeeld. De standaardinstelling is SACD.
Nl-29