Raadpleeg de onderstaande tabel wanneer dit toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem waar u mee te
maken heeft niet hieronder vermeld staat of als de geboden oplossing niet werkt, dient u de stroom uit te schakelen, de
stekker uit het stopcontact te halen en contact op te nemen met uw erkende YAMAHA dealer of Service-centrum.
I Algemeen
Probleem
Dit toestel gaat niet
De stekker zit niet of niet goed in het
aan wanneer u op
stopcontact.
STANDBY/ON (of
POWER) drukt, of
De beveiligingsschakeling is in werking
keert terug in de
getreden.
standby-stand kort
nadat u de stroom
hebt ingeschakeld.
Dit toestel is blootgesteld aan een sterke
externe elektrische schok (zoals
blikseminslag of een sterke ontlading van
statische elektriciteit).
Geen geluid.
Gebrekkige of onjuiste in- of
uitgangsaansluitingen.
Onjuiste signaalbron.
De luidsprekers zijn niet goed aangesloten.
De te gebruiken voor-luidsprekers zijn
niet op de juiste manier geselecteerd.
Het volume staat te laag.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Er komen signalen binnen van de signaalbron
die dit toestel niet kan reproduceren,
bijvoorbeeld van een CD-ROM.
Het geluid valt
De beveiligingsschakeling is in werking
plotseling weg.
getreden vanwege kortsluiting, enz.
De slaaptimer is in werking getreden.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Er komt geen geluid
Onjuiste aansluitingen.
of slechts een zwak
geluid uit bepaalde
luidsprekers.
48
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Oorzaak
Oplossing
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Controleer of alle luidspreker-draden goed zijn
aangesloten zowel op dit toestel als op de
luidsprekers en dat de draden geen contact maken
met iets anders dan de bijbehorende aansluiting.
Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact, doe deze na 30 seconden weer terug en
probeer het opnieuw.
Zorg voor goede aansluitingen. Als dit het probleem
niet oplost, is het mogelijk dat de snoeren defect zijn.
Selecteer een geschikte ingangsbron met INPUT l /
h of 6CH INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen).
Zorg voor goede aansluitingen.
Selecteer de juiste voor-luidsprekers met SPEAKERS
A/B/OFF.
Verhoog het volume.
Druk op MUTE of op een andere bedieningstoets
voor dit toestel om de geluidsweergave te herstellen
en het volume te kunnen regelen.
Geef signalen weer die door dit toestel
gereproduceerd kunnen worden.
Controleer of de luidspreker-draden geen contact
maken en doe het toestel vervolgens weer aan.
Schakel de stroom in en probeer de signaalbron
opnieuw te laten weergeven.
Druk op MUTE of een andere bedieningstoets om de
weergave te hervatten en stel vervolgens het gewenste
volume weer in.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als het
probleem niet verdwijnt, is het mogelijk dat de kabels
defect zijn.
Raadpleeg
bladzijde
–
15 – 16
–
9 – 16
21
15 – 16
21
22
–
–
–
–
–
15