REAR/SUB*
2
De audio-uitvoer wijzigen.
– "REAR-OUT" (
): het geluid via een
z
versterker weergeven.
– "SUB-OUT": het geluid via een subwoofer
weergeven.
DEMO (demonstratie)
"DEMO-ON" (
) of "DEMO-OFF" instellen.
z
DIM (dimmer)
De helderheid van het scherm regelen.
– "DIM-AT" (
): om het scherm automatisch te
z
dimmen wanneer u de lichten inschakelt.
– "DIM-OFF": om de dimmer uit te schakelen.
– "DIM-ON": om het scherm te dimmen.
CONTRAST
Het contrast van het scherm aanpassen.
Het contrastniveau kan worden aangepast in 7
stappen.
ILM (verlichting)
De kleur van de verlichting wijzigen: "ILM-1"
(
) of "ILM-2".
z
M.DSPL (beweging scherm)
De stand voor de beweging van het scherm
selecteren.
– "M.DSPL-LM" (
): bewegende patronen en de
z
niveaumeter weergeven.
– "M.DSPL-OFF": de beweging van het scherm
uitschakelen.
– "M.DSPL-ON": bewegende patronen
weergeven.
A.SCRL (automatisch rollen)
Lange schermitems automatisch laten rollen als
de disc/groep/track of het album wordt
gewijzigd.
– "A.SCRL-ON" (
): om items te rollen.
z
– "A.SCRL-OFF": om items niet te rollen.
LOCAL (lokale zoekfunctie)
– "LOCAL-OFF" (
): om af te stemmen met
z
normale ontvangst.
– "LOCAL-ON": om alleen af te stemmen op
krachtige zenders.
MONO*
3
(monostand)
Selecteer de mono-ontvangststand als u slechte
FM-ontvangst wilt verbeteren.
– "MONO-OFF" (
): om stereo-uitzendingen in
z
stereo te horen.
– "MONO-ON": om stereo-uitzendingen in
mono te horen.
REG*
1
*
3
(regionaal)
"REG-ON" (
) of "REG-OFF" instellen
z
(pagina 11).
LPF*
4
(laagdoorlaatfilter)
Hiermee selecteert u de kantelfrequentie van de
subwoofer: "LPF OFF" (
"LPF 78Hz".
), "LPF125Hz" of
z
LOUD (Loudness)
Hiermee kunt u het geluid goed horen met een
laag volume.
– "LOUD-ON": om hoge en lage tonen te
versterken.
– "LOUD-OFF" (
) : om hoge en lage tonen niet
z
te versterken.
BTM (pagina 10)
*1 Alleen CDX-HR905IP.
*2 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*3 Als FM wordt ontvangen.
*4 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB".
Optionele apparaten gebruiken
CD/MD-wisselaar
De wisselaar selecteren
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "CD" of
"MD" wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) tot de
gewenste wisselaar wordt weergegeven.
Apparaatnummer
Discnummer
Het afspelen wordt gestart.
vervolg op volgende pagina t
15