wordt het toestel ingeschakeld en begint het
automatisch te spelen.
• Om het toestel over te schakelen van de stand
stand-by naar de stand stand-by voor netwerk
en omgekeerd, houdt u de knop ?/1 ingedrukt
totdat de kleur van de indicator ?/1 verandert.
E De knoppen en indicatoren iPod,
AUDIO IN
Hiermee wordt een bronapparaat
geselecteerd (pagina 15, 18).
Licht oranje op wanneer het toestel zich in
de stand iPod/AUDIO IN bevindt.
F AirPlay-indicator
Brandt groen wanneer het toestel zich in de
stand AirPlay bevindt.
G Indicator LINK
Hiermee wordt de verbindingsstatus van
het bekabelde/Wi-Fi-netwerk aangeduid.
Groen (brandt): de Wi-Fi-verbinding is
actief.
Groen (knippert): de Wi-Fi-verbinding
wordt gelegd.
Oranje (brandt): de kabelverbinding is
actief.
Oranje (knippert): de kabelverbinding
wordt gelegd.
Rood (knippert): een van de volgende
gevallen heeft zich voorgedaan.
– Dit toestel kan de draadloze LAN-
router/het draadloze toegangspunt niet
vinden.
– De geselecteerde beveiligingsmethode/
het geselecteerde wachtwoord voor de
draadloze LAN-router/het draadloze
toegangspunt is niet juist.
– Er is een fout opgetreden.
Gedoofd: de procedure voor instelling van
het Wi-Fi-netwerk is niet voltooid.
H Knop en indicator UPDATE
Houd deze ingedrukt om het bijwerken van
de software van het toestel te starten
(pagina 19).
6
NL
Hiermee wordt de updatestatus van het
toestel aangeduid.
Groen (brandt): het toestel kan worden
bijgewerkt.
Groen (knippert): het toestel wordt
bijgewerkt.
Gedoofd: het toestel moet niet worden
bijgewerkt.
I Knop u (Afspelen/Pauzeren)
Hiermee wordt de weergave van het
apparaat gestart. Druk er herhaaldelijk op
om het afspelen te pauzeren/hervatten.
J Knop VOLUME +/–
Hiermee wordt het volume aangepast.