De toestellen aansluiten
LET OP
! U mag kabels nooit inkorten omdat daardoor
storing kan optreden in het beveiligingscir-
cuit.
! Verbind de negatieve luidsprekerkabel nooit
rechtstreeks met de aarding.
! Voeg meerdere negatieve luidsprekerkabels
nooit samen.
! Als de systeemafstandsbedieningskabel van
de versterker met de voeding is verbonden via
de contactschakelaar (12 V gelijkstroom), blijft
de versterker ingeschakeld zolang het contact
aan staat (ongeacht of de autoradio is in- of
uitgeschakeld). Hierdoor kan de accu worden
uitgeput wanneer de motor uit staat of statio-
nair draait.
! Installeer en plaats de voedingskabel, de aard-
kabel, de luidsprekerdraden en de versterker
zo ver mogelijk uit de buurt van de antenne,
de antennekabel en de tuner.
De stekker correct
aansluiten en verwijderen
! Duw de stekker vast tot u een klik hoort, en
controleer of hij stevig vastzit.
! Wanneer u de stekker verwijdert, moet u de
stekker zelf vasthouden en eruit trekken.
Als u aan de kabel trekt, kan die loskomen
van de stekker.
Luidsprekerspecificaties
De luidsprekers die u gebruikt moeten aan de
volgende vereisten voldoen, anders bestaat er
een risico op rookontwikkeling, brand of an-
dere schade. De luidsprekerimpedantie be-
draagt 2 W tot 8 W, of 4 W tot 8 W voor twee
kanalen en andere brugschakelingen.
Subwoofer
Luidsprekerkanaal
Vermogen
Nominale ingang:
4-kanaalsuitgang
Min. 45 W
Nominale ingang:
2-kanaalsuitgang
Min. 90 W
3-kanaalsuitgang
Nominale ingang:
voorluidspreker
Min. 45 W
3-kanaalsuitgang
Nominale ingang:
achterluidspreker
Min. 90 W
Andere dan de subwoofer
Luidsprekerkanaal
Vermogen
Maximale ingang:
4-kanaalsuitgang
Min. 100 W
Maximale ingang:
2-kanaalsuitgang
Min. 200 W
3-kanaalsuitgang
Maximale ingang:
voorluidspreker
Min. 100 W
3-kanaalsuitgang
Maximale ingang:
achterluidspreker
Min. 200 W
Hoofdstuk
03
61
Nl