De vermogensstand instellen
De kookplaat moet ingeschakeld zijn.
Druk meerdere keren op het symbool
1.
van de gewenste kookzone brandt.
Druk binnen de volgende 5 seconden op het symbool + of -.
2.
De basisinstelling wordt getoond:
Symbool + vermogensstand 1
Symbool - vermogensstand 9
Wijzigen van de vermogensstand selecteer de kookzone en
3.
druk op het symbool + of - tot de gewenste vermogensstand
verschijnt.
Kooktabel
In onderstaande tabel worden enkele voorbeelden voorgesteld.
Smelten
Chocolade, chocoladeglazuur, boter, honing
Gelatine
Verhitten en warmhouden
Maaltijdsoep (bv. linzen)
Melk**
Worstjes verhit in water**
Ontdooien en verhitten
Diepvriesspinazie
Diepvriesgoulash
Op een zacht vuurtje gaarstoven, op een zacht vuurtje koken
Aardappel-gehaktballen
Vis
Witte sauzen, bv. bechamel
Geklopte sauzen, bv. bearnaisesaus, Hollandse saus
Koken, stomen, smoren
Rijst (met twee keer zoveel water)
Rijstpap
Frites
Pasta
Eenpansgerecht, soep
Groenten
Diepvriesgroenten
Koken met de snelkookpan
Sudderen
Rollade
Stoofschotel
Goulash
* Koken zonder deksel
** Zonder deksel
16
μ
tot de indicator
De kookzone uitschakelen
Selecteer de kookzone en druk vervolgens op het symbool + of
- tot
verschijnt.
‹
‹
De kookzone wordt uitgeschakeld en de restwarmte-indicator
verschijnt.
Aanwijzing: Als er geen pan op de inductiekookzone geplaatst
wordt, zal de gekozen kookstand beginnen knipperen. Na het
verstrijken van een tijd gaat de kookzone uit.
Vermogensstand
1-1.
1-1.
1-2
1.-2.
3-4
2.-3.
2.-3.
4.-5.*
4-5*
1-2
3-4
2-3
1.-2.
4-5
6-7*
3.-4.
2.-3.
3.-4.
4.-5.
4-5
4-5
3.-4.