Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Algemeen
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting. Controleer de zekering
wanneer alles in orde is.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• Het volume is te laag.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "FAD" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
• De CD-wisselaar is niet compatibel met de
discindeling (MP3/ATRAC CD).
t Speel het bestand af met een CD-wisselaar van
Sony die compatibel is met MP3 of speel het af
met dit apparaat.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgezet (pagina 10).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET toets is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld.
• De voedingskabel is niet goed aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de positie van de
contactsleutel wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
hulpvoedingsaansluiting van de auto.
Het display verdwijnt van/verschijnt niet in het
weergavevenster.
• De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 10).
• Het display verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t Houd (OFF) op het apparaat ingedrukt tot het
display verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 16).
18
CD/MD afspelen
De disc wordt automatisch uitgeworpen.
Er is een probleem met de disc.
t Controleer de volgende punten.
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het apparaat.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 15).
MP3-bestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-indeling en
-versie (pagina 15).
MP3-bestanden worden minder snel
afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– een disc opgenomen met een ingewikkelde
boomstructuur;
– discs die in meerdere sessies zijn opgenomen;
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De ATRAC CD kan niet worden afgespeeld.
• De disc is niet gemaakt met geautoriseerde software,
zoals SonicStage of SonicStage Simple Burner.
• Tracks die niet in de groep staan, kunnen niet worden
afgespeeld.
De displayitems rollen niet.
• Bij sommige discs met zeer veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "A.SCRL" is ingesteld op "OFF".
t Stel "A.SCRL-ON" in (pagina 11).
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat in een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 4).
Radio-ontvangst
Radiozenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• Sluit een antennebedieningskabel (blauw) of
hulpvoedingskabel (rood) aan op de voedingskabel
van de auto-antenneversterker (alleen als uw auto is
uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de achter-
of zijruit).
• Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
• De auto-antenne schuift niet uit.
t Controleer de aansluiting van de
antennebedieningskabel.
• Controleer de frequentie.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.