Inhoud
1. Veiligheidsvoorschriften ......................................................................... 26
2. Plaats ..................................................................................................... 26
4. Koelpijp .................................................................................................. 28
1. Veiligheidsvoorschriften
s Lees alle "Veiligheidsvoorschriften" voordat u het apparaat installeert.
s s s s s Stel de aanleverende instantie op de hoogte of vraag om toestemming
voordat u dit systeem aansluit op het elektriciteitsnet.
Waarschuwing:
Beschrijft maatregelen die genomen moeten worden om het risico van ver-
wonding of dood van de gebruiker te voorkomen.
Voorzichtig:
Beschrijft maatregelen die genomen moeten worden om schade aan het appa-
raat te voorkomen.
Informeer de klant na voltooiing van de installatie over de "Veiligheidsvoorschriften",
het gebruik en het onderhoud van het apparaat en laat het apparaat proefdraaien om
de werking ervan te controleren. Zowel de installatie- als de gebruikershandleiding
dienen ter bewaring aan de gebruiker te worden gegeven. Deze handleidingen die-
nen te worden doorgegeven aan latere gebruikers.
Waarschuwing:
• Vraag de dealer of een erkende installateur om de airconditioner te installeren.
• Installeer het apparaat op een plaats die het gewicht ervan kan dragen.
• Gebruik de gespecificeerde verbindingskabels voor de verbindingen.
• Gebruik alleen onderdelen die door Mitsubishi Electric zijn goedgekeurd en
vraag de zaak waar u het apparaat gekocht heeft of een erkend bedrijf om ze
te installeren.
• Raak de vinnen van de warmtewisselaar niet aan.
• Installeer de airconditioner volgens deze installatiehandleiding.
Voorzichtig:
• Als de koelstof die u gebruikt R410A of R407C is, gebruik dan nooit de bestaande
koelleidingen.
• Gebruik esterolie, etherolie of alkalibenzeen (kleine hoeveelheid) als koel-
machineolie voor de coating van soldeerverbindingen en andere koppelin-
gen, als u R410A of R407C-koelstof gebruikt.
• Gebruik de airconditioner niet in een ruimte waar zich voedsel, dieren, plan-
ten, precisie-instrumenten of kunstwerken bevinden.
• Gebruik de airconditioner niet in speciale ruimtes.
• Het apparaat aarden.
• Zorg dat er, zoals vereist, een stroomonderbreker wordt geïnstalleerd.
2. Plaats
B
Fig. 2-1
26
A
C
D
8. Proefdraaien .......................................................................................... 32
: Geeft een handeling aan die u beslist niet moet uitvoeren.
: Geeft aan dat er belangrijke instructies opgevolgd moeten worden.
: Geeft een onderdeel aan dat geaard moet worden.
: Betekent dat u voorzichtig moet zijn met draaiende onderdelen.
: Geeft aan dat het apparaat moet worden uitgezet voor onderhoud.
: Geeft aan dat er een risico van elektrische schokken bestaat.
: Geeft aan dat u op dient te passen voor hete oppervlakken.
: Bij onderhoud dient u de spanning voor zowel het binnenapparaat als het
ELV
buitenapparaat geheel uit te zetten.
Waarschuwing:
Lees de stickers die op het apparaat zitten zorgvuldig.
• Laat het aanleggen van de elektrische leidingen altijd uitvoeren door een er-
kend elektricien en zorg dat dit gebeurt volgens de plaatselijk geldende regels.
• Als de airconditioner in een kleine ruimte wordt geïnstalleerd, moeten er maat-
regelen worden genomen om te voorkomen dat de concentratie koelstof in de
ruimte hoger is dan de veiligheidsgrens bij eventuele lekkage van koelstof.
• De onderdelen waaruit stukken zijn geponst kunnen verwondingen veroorzaken
door de scherpe randen. Draag bij het installeren beschermende handschoenen.
• Gebruik voor de elektrische aansluitingen kabels met voldoende stroomcapaciteit.
• Gebruik alleen een stroomonderbreker en zekeringen met de gespecificeerde
capaciteit.
• Raak schakelaars nooit met natte vingers aan.
• Raak de koelstofpijpen niet met blote handen aan terwijl de airconditioner
werkt of vlak nadat deze heeft gewerkt.
• Gebruik de airconditioner niet wanneer de panelen en beveiligingen zijn ver-
wijderd.
• Zet de netspanning niet onmiddellijk na gebruik van het apparaat uit.
De volgende accessoires horen bij het binnenapparaat te zijn meegeleverd.
(mm)
Artikelnummer
1
Afvoerslang
2
Pijpafdekking
3
Band
4
Montagebeugel voor binnenunit
Bevestigingsschroef voor 4 4 × 25 mm
5
6
Houtschroef voor bevestiging van de binnenunit
Ring van 6
7
8
Vilttape (voor de pijpen links of linksachter)
9
MA-afstandsbedieningskabel
2.1. Buitenafmetingen (Binnenapparaat) (Fig. 2-1)
De unit dient stevig bevestigd te worden aan een constructie die het gewicht kan
dragen.
Modellen
A
P20/25/32/40
100 mm of meer
Waarschuwing:
Bevestig het binnenapparaat tegen een muur die sterk genoeg is om het ge-
wicht van het apparaat te dragen.
Accessoire
Hoeveelheid
B
C
150 mm of minder
100 mm of meer
100 mm of meer
1
1
2
1
5
4
4
1
1
D
vanaf de vloer